Handleiding ECL Comfort 210 / 296 / 310, applicatie A266
2.4 De temperatuurvoelers plaatsen
2.4.1 De temperatuurvoelers plaatsen
Het is belangrijk dat de voelers op de juiste positie op uw systeem
zijn gemonteerd.
De hieronder vermelde temperatuurvoelers zijn voelers die worden
gebruikt voor de ECL Comfort 210- en 310-serie die niet allemaal
nodig zijn voor uw applicatie.
Buitentemperatuurvoeler (ESMT)
De buitenvoeler moet worden gemonteerd op de zijde van het
gebouw waar deze het minst waarschijnlijk aan direct zonlicht zal
worden blootgesteld. U mag de voeler niet dicht bij deuren, ramen
of luchtuitlaten plaatsen.
Flow temperatuurvoeler (ESMU, ESM-11 of ESMC)
Plaats de voeler max. 15 cm van het mengpunt. In systemen met
warmtewisselaar, beveelt Danfoss aan dat het ESMU-type in de
flow-uitlaat van de wisselaar wordt gestopt.
Controleer of het oppervlak van de buis schoon is, zelfs waar de
voeler wordt gemonteerd.
Retourtemperatuurvoeler (ESMU, ESM-11 of ESMC)
De retourtemperatuurvoeler moet altijd zo worden geplaatst, dat
deze een representatieve retourtemperatuur meet.
Ruimtetemperatuurvoeler
(ESM-10, afstandsbedieningsunits ECA 30 / 31)
Plaats de ruimtetemperatuurvoeler in de ruimte waar de
temperatuur moet worden geregeld. Plaats de voeler niet op
buitenmuren of dicht bij radiatoren, ramen of deuren.
Boilertemperatuurvoeler (ESMU, ESM-11 of ESMC)
Plaats de voeler volgens de specificaties van de boilerfabrikant.
Luchtkanaaltemperatuurvoeler (ESMB-12 of ESMU-types)
Plaats de voeler zo, dat deze een representatieve temperatuur
meet.
Tapwatertemperatuurvoeler (ESMU of ESMB-12)
Plaats de tapwatertemperatuurvoeler volgens de specificaties van
de fabrikant.
Plaattemperatuurvoeler (ESMB-12)
Plaats de voeler in een beschermingsbuis in de plaat.
18 | © Danfoss | 2018.01
ESM-11: verplaats de voeler niet, nadat deze is bevestigd om schade
aan het voelerelement te voorkomen.
ESM-11, ESMC en ESMB-12: Gebruik warmtegeleidende pasta voor
een snelle temperatuurmeting.
ESMU en ESMB-12: Het gebruik van een voelerzak om de voeler te
beschermen, zal echter resulteren in een tragere temperatuurmeting.
VI.KT.X4.10