Handleiding
MENU > Instellingen > Applicatie
Vorst T (vorstbeschermingstemperatuur)
Circuit
2
Stel de gewenste flowtemperatuur in om het tapwatersysteem te
beschermen tegen vorst.
5 ... 40: Gewenste vorstbeschermingstemperatuur.
MENU > Instellingen > Applicatie
Ext. ingang (externe override)
Circuit
2
Kies de ingang voor 'Ext. ingang' (externe override). Met een schakelaar kan
de controller worden onderdrukt naar de Comfort- of opslagmodus.
UIT:
Er zijn geen ingangen geselecteerd voor een externe
override.
S1 ... S8: Ingang geselecteerd voor externe override.
Als S1...S6 is gekozen als override-ingang, moet de
override-schakelaar goudvergulde contacten hebben.
Als S7 of S8 is gekozen als override-ingang, kan de
override-schakelaar een standaard contact zijn.
Raadpleeg de tekening voor een verbindingsvoorbeeld van een
override-schakelaar naar ingang S8.
MENU > Instellingen > Applicatie
Ext. mode (externe override-modus)
Circuit
2
Kies de externe override-modus.
De override-modus kan worden geactiveerd voor de zuinige
modus of comfortmodus.
Voor override moet de controllermodus een programmamodus
zijn.
OPSLAAN: De controller is in de zuinige modus wanneer de
override-schakelaar is gesloten.
COMFORT: De controller is in de comfortmodus wanneer de
override-schakelaar is gesloten.
124
DEN-SMT/DK
ECL Comfort 210 / 310, applicatie A266
Instelbereik
Fabrieksinst.
5 ... 40 °C
Instelbereik
Fabrieksinst.
UIT / S1 ... S8
Instelbereik
Fabrieksinst.
COMFORT / OPSLAAN
12093
De vorstbeveiligingstemperatuur wordt gehandhaafd wanneer de
circulatiepomp in bedrijf is. Zie "P vorst T" (ID 12077).
10 °C
12141
UIT
Kies alleen een ongebruikte ingang voor override. Als een al gebruikte
ingang is toegepast voor override, wordt de functionaliteit van deze
ingang ook genegeerd.
Zie ook 'Ext. mode'.
12142
Zie ook 'Ext. ingang'.
OPSLAAN
VI.KT.X2.10
Danfoss District Energy