Handleiding
6.5 Applicatie
MENU > Instellingen > Applicatie
Zenden gew. T
Circuit
2
Subcircuit in dezelfde ECL-regelaar:
Informatie over de gewenste flow temperatuur kan naar circuit 1 worden
verzonden.
De ECL-regelaar fungeert als slave-regelaar in een master / slave
systeem:
Informatie over de gewenste flow temperatuur kan naar de master worden
gestuurd via de ECL 485 bus.
UIT:
Informatie over de gewenste flow-temperatuur wordt
niet naar circuit 1 / master circuit / de master regelaar
verzonden.
AAN:
Informatie over de gewenste flow-temperatuur wordt
naar circuit 1 / master circuit / de master regelaar
verzonden.
MENU > Instellingen > Applicatie
P exercise (pompgebruik)
Circuit
2
Gebruikt de pomp om blokkering te voorkomen in periode zonder
warmtevraag.
UIT:
Het pompgebruik is niet actief.
AAN:
De pomp wordt elke derde dag 's middags (12:14 uur)
gedurende 1 minuut INGESCHAKELD.
MENU > Instellingen > Applicatie
P exercise (pompgebruik) — A266.9
Circuit
2
Gebruikt de pomp om blokkering te voorkomen in periode zonder
warmtevraag.
UIT:
Het pompgebruik is niet actief.
AAN:
De pomp wordt elke derde dag 's middags (12:14 uur)
gedurende 1 minuut INGESCHAKELD.
122
DEN-SMT/DK
ECL Comfort 210 / 310, applicatie A266
12500
Instelbereik
Fabrieksinst.
UIT / AAN
AAN
12022
Instelbereik
Fabrieksinst.
UIT
UIT / AAN
12022
Instelbereik
Fabrieksinst.
UIT / AAN
AAN
Slave-circuits zijn circuits in andere ECL-regelaars.
Sub-circuits zijn circuits naast het master- of circuit 1 in de ECL-regelaar.
In de master-controller moet "Vereiste offset" ingesteld worden op
een waarde om te reageren op een gewenste flow-temperatuur van
een slave-controller.
Wanneer de controller fungeert als slave moet het adres ervan 1, 2,
3 ... 9 zijn om de gewenste temperatuur naar de master te kunnen
verzenden (raadpleeg het hoofdstuk "Diversen", "Meerdere controllers
in hetzelfde systeem").
VI.KT.X2.10
Danfoss District Energy