Inhoudsopgave
Advertenties
4.2.4.2.16 Bijzonderheden in de bedieningsmodus toerentalinsteller
De universele dimactor 1-voudig kan als alternatief voor de aansturing van een verlichting ook
als toerentalinsteller voor toerentalregeling van eenfase-elektromotoren worden toegepast. De-
ze bedieningsmodus kan in de ETS worden ingesteld en heeft een wezenlijke invloed op de pa-
rameterconfiguratie en de werking van het apparaat.
In de functie als toerentalinsteller veranderen enkele parameter- en objectteksten, omdat in de
bedieningsmodus "toerentalinsteller" geen helderheid, maar het toerental van een aangesloten
motor wordt geregeld. Het toerental (bijv. minimaal toerental) wordt in de ETS als procentuele
waarde geconfigureerd. Deze waarde weerspiegelt de dimwaarde in procenten en is een maat
voor de aangesneden fasehoek van het uitgangssignaal van de actor.
De verschillen van de bedieningsmodus "toerentalinsteller" in vergelijking met de bedienings-
modus "verlichtingsregeling" worden hierna wat uitgebreider beschreven...
Belastingssoort:
Bij "toerentalinsteller" is het dimprincipe vast op "faseaansnijding" ingesteld Voor zover het
meldobject voor de belastingssoort is vrijgegeven, zendt de actor voor het dimkanaal altijd de
belastingssoort "inductief".
Inschakeltoerental
Bij het overgaan van de toestand "motor uitgeschakeld" naar "motor ingeschakeld" door scha-
kel- of dimcommando's of na een reset van het apparaat stelt de actor altijd eerst het inschakel-
toerental in. Het inschakeltoerental moet waarborgen, dat de motor optimaal start (bijv. betrouw-
baar starten van een ventilatormotor door conversie van een hoger draaimoment, daardoor ho-
gere ventilatorsnelheid).
Hoe lang de actor het inschakeltoerental actief laat blijven, wordt bepaald door de verblijftijd, die
in de ETS kan worden geconfigureerd. Pas na afloop van de "verblijfduur in inschakeltoerental"
schakelt de actor over naar het ingestelde gewenste toerental. Deze overgang is altijd sprongs-
gewijs zonder dimprocedure. Wanneer het gewenste toerental al overeenkomt met het inscha-
keltoerental (100%), dan treedt er geen verandering op.
Wanneer de motor moet worden uitgeschakeld terwijl nog het inschakeltoerental actief is, dan
onderbreekt de actor de verblijftijd en schakelt het dimkanaal direct uit. Dit uitschakelen is
sprongsgewijs zonder dimprocedure. Daarom worden ook soft-UIT-functies, die optioneel in de
ETS zijn geconfigureerd, in dit geval niet uitgevoerd.
i Gewenst toerental: het gewenste toerental wordt direct gegeven door schakelcommando's
via schakeltelegrammen of door de handbediening. Het gewenste toerental is dan het in-
schakeltoerental (afbeelding 39). Als alternatief wordt het gewenste toerental direct door te-
legrammen op het toerentalobject of door toerentalinstellingen van de scenariofunctie of
blokkeer- of dwangmatige stand functies vastgelegd (afbeelding 40).
Bij het relatief dimmen via een 4 bit dimtelegram stelt de stapgrootte van het telegram het
dimdoel en dus het gewenste toerental in. Wanneer een relatief dimcommando door een
stoptelegram wordt gestopt (bijv. knop op tastsensor voortijdig loslaten), dan hangt het van
het tijdstip van het stoptelegram af, welk toerental als gewenste toerental wordt ingesteld
(afbeelding 41). Voor zover het stoptelegram nog tijdens de verblijftijd van het inschakel-
toerental bij de actor ontvangen wordt, houdt de actor rekening met het op de achtergrond
bijgewerkte en gedimde toerental op het stoptijdstip als gewenst toerental. Wanneer daar-
entegen het stoptelegram bij de actor aankomt, nadat de verblijftijd van het inschakeltoe-
rental is verlopen, dan stelt de actor het door de stapgrootte van het dimtelegram gegeven
toerental in als gewenste toerental. Het stoptelegram wordt in dit speciale geval verworpen.
In de regel zenden tastsensoren in de standaard configuratie dimstapgrootten van 100%
uit. Het stoptelegram beslist dan, wanneer een relatieve dimprocedure voortijdig wordt on-
derbroken. Wanneer het relatief dimmen in de bedieningsmodus "toerentalinsteller" wordt
gebruikt en is een relatief korte verblijftijd voor het inschakeltoerental geconfigureerd, dan
moeten tastsensoren op kleinere dimstapgrootten met telegramherhaling worden ingesteld.
Hierbij resulteert als voordeel, dat geen stoptelegrammen hoeven te worden uitgezonden,
om tussenwaarden van het mogelijke dimbereik te dimmen.
Art.-Nr.: 3801 REGHE
Art.-Nr.: 3802 REGHE
Art.-Nr.: 3804 REGHE
Software "Dimmen 3020x1 / 3023x1 / 3026x1"
Functiebeschrijving
Pagina 109 van 148
Advertenties
Inhoudsopgave
