71
72
73
4.
Koolborstel (72) uittrekken en con-
troleren. De slijpkool moet te minste
1/4" (6 mm) lang zijn.
5.
De intacte of nieuwe koolborstel (72)
in de schacht (73) steken. De beide
zijdelingse lippen van de kleine
metaalplaat moeten in de zijdelingse
groeven in de schacht grijpen.
6.
De sluitdop (71) opnieuw indraaien.
3
Aanwijzingen:
Na het verangen van de achterste kool-
borstel moeten de bescherming van de
schaafas en de afzuigadapter weer wor-
den gemonteerd en vastgeschroefd.
7.
De werking van het apparaat contro-
leren.
8.5
Machine opbergen
1.
De netstekker uit het stopcontact
trekken en het snoer in de zak aan
de onderzijde van de uitvoertafel
opbergen.
2.
Aanvoer- en uitvoertafel opklappen.
3.
Berg het apparaat steeds op
zodat het niet toevallig door onbe-
voegden kan worden aangezet en
dat niemand zich aan het stil-
staande apparaat kan verwon-
den.
A
Opgelet!
De machine mag niet in de openlucht
of in een vochtige ruimte opgeborgen
worden.
8.6
De machine
transporteren
1.
Netstekker uit het stopcontact trek-
ken
2.
Afzuigadapter (74) afschroeven
74
3.
Aanvoer- en uitvoertafel opklappen.
4.
Het snoer in de zak aan de onder-
zijde van de uitvoertafel opbergen.
5.
Het apparaat aan de zijdelingse
handgrepen transporteren.
A
Opgelet!
Het apparaat niet onbeschermd in
openlucht of in een vochtige omge-
ving transporteren.
9. Problemen en storingen
A
Gevaar!
Alvorens een storing te verhelpen,
moet u:
1. het apparaat uitzetten.
2. wacht u tot de schaafas stilstaat.
3. trekt u de stekker uit het stopcon-
tact.
A
Gevaar van snijwonden door
aanraken van de roterende schaafas!
Een onbedoeld aanlopen van de
machine kan ernstige letsels tot
gevolg hebben.
A
Gevaar voor brandwonden!
Kort nadat de werkzaamheden zijn
uitgevoerd kunnen de schaafmessen
nog heet zijn – Laat het apparaat voor
het verhelpen van storingen afkoe-
len.
A
Gevaar!
Na ieder verhelpen van storingen:
alle veiligheidsvoorzieningen
opnieuw in werking stellen en contro-
leren.
De motor draait niet:
Er is geen spanning.
Controleer het snoer, de stekker, het
stopcontact en de betreffende zeke-
ring.
Het minimumspanningsrelais is uitgeval-
len als gevolg van een spanningsuitval.
Activeer het minimumspanningsre-
lais.
De motor is oververhit, bijvoorbeeld door
botte schaafmessen, te hoge belasting of
door spaanophoping in de bescherming
van het schaafmes.
De oorzaak van de oververhitting
verhelpen, ongeveer tien minuten
laten afkoelen, dan de Reset-toets
drukken en opnieuw aanzetten.
Koolborstels versleten
Koolborstels vervangen.
Het schaafvermogen vermindert
Het schaafmes is bot.
NEDERLANDS
Scherpe schaafmessen monteren.
Het bewerkte oppervlak is te ruw:
Het schaafmes is bot.
Scherpe schaafmessen monteren.
De schaafmessen zijn met schaafsel ver-
stopt.
Verwijder de zaagselresten.
Het werkstuk is nog te nat.
Laat het werkstuk drogen.
Het bewerkte oppervlak vertoont
scheuren:
Het schaafmes is bot.
Scherpe schaafmessen monteren.
De schaafmessen zijn met schaafsel ver-
stopt.
Verwijder de zaagselresten.
Het werkstuk werd tegendraads bewerkt.
Bewerk het werkstuk andersom
(omdraaien).
Er wordt teveel in één gang wegge-
schaafd.
Bewerk het werkstuk in meerdere
gangen.
Het bewerkte oppervlak is oneffen:
Het schaafmes is niet recht gemonteerd.
Zet het schaafmes recht met de
instelkaliber.
Werkstuktoevoer te gering
Oplegvlakken van de middentafel, de
aanvoer- of uitvoertafel verharst.
Oplegvlakken reinigen en een dun
laagje glijwas aanbrengen.
Werkstuk ingeklemd
Er wordt teveel in één gang wegge-
schaafd.
Bewerk het werkstuk in meerdere
gangen.
10. Beschikbare accessoires
Voor bijzondere werkzaamheden zijn
volgende accessoires verkrijgbaar in de
vakhandel – de tekeningen vindt u terug
op de omslagzijde achteraan:
A
Machinestandaard
voor een veilige stand van het appa-
raat en een optimale werkhoogte;
ideaal voor het mobiele gebruik,
omdat het plaatsbesparend kan
worden samengeklapt.
B
Afzuigadapter
voor de aansluiting op een zaag-
selafzuiginstallatie
C
Drierollenbaan
om lange werkstukken nauwkeurig
te geleiden.
D
Schaafmes
voor het schaven van hout
13