Handleiding MGB-L1...AR.-... / MGB-L2...AR.-... en MGB-L1...AP.-... / MGB-L2...AP.-...
Belangrijk!
4.5 Aanwijzingen voor gebruik in
een AR-schakelaarketen
Systeemtijden
AR
In vergelijking met een CES-AR-schakelaar heeft de grendelmodule langere
reactietijden (zie paragrafen 5 Technische gegevens, pagina 31 en 5.1 Typische
systeemtijden, pagina 32).
Bedrading van een AR-schakelaarketen
Om aardlussen te voorkomen, moet de bedrading stervormig uitgevoerd worden
(zie afbeelding 19).
terminating plug
FI1A/FI1B
CES-AR
#1
FO1A/FO1B
FI1A/FI1B
#2
CES-AR
FO1A/FO1B
FI1A/FI1B
CES-AR
#3
FO1A/FO1B
+ 24 V DC
0 V
Belangrijk: Kabeltraject in een gemeenschappelijke kabelbundel
Afbeelding 19: Centrale bedrading van een CES-AR-schakelaarketen in de
schakelkast
Uitgangsstroom
De veiligheidsuitgangen van de MGB hebben een zwakkere maximale uitgangsstroom
dan een CES-AR-schakelaar (zie paragraaf 5 Technische gegevens, pagina 31).
Aantal apparaten in schakelaarketens
In een zuivere MGB-schakelaarketen kunnen maximaal tien apparaten in serie
geschakeld worden. In gemengde schakelaarketens (bv. MGB met CES-AR),
bedraagt het maximale aantal apparaten eveneens tien.
Resetten in schakelaarketens
Indien u in AR-schakelaarketens de resetingang (RST) gebruikt om een reset uit
te voeren, moeten alle apparaten in de keten gelijktijdig gereset worden. Indien
schakelaars individueel gereset worden leidt dit tot fouten.
#4
#5
MGB-L.-AR...
UB 0V UA 0V
FI1A/
FO1A/
FI1A/
FI1B
FO1B
FI1B
28
MGB-L.-AR...
UB 0V UA 0V
FO1A/
FO1B
PLC
cabinet