instellingenscherm
Audio-instellingen (SNV-L6014RM)
U kunt de I / O-instellingen van de audiobron van de camera.
1. Selecteer in het Instellingenmenu het <Video & Audio (
tabblad.
2. Klik op <Audio-instellingen>.
3. Stel de waarde voor de audio-invoer in.
• Bron : hier stelt u de audio-invoer in.
- Lijn : Sluit de kabel aan op het audioapparaat.
- Interne microfoon : De microfoon die is ingebouwd in de
camera.
- Externe microfoon : 3,5 pi (¢) jack type externe
microfoon.
• Stroom inschakelen voor ext. mic. : als de externe microfoon niet over een aparte voeding beschikt,
schakelt u deze optie in, zodat de camera de aangesloten externe microfoon van voeding voorziet. De
optie is ingeschakeld als <Externe microfoon> is geselecteerd.
• Codec : Geef de audio-codec op.
- G.711 : Een audiocodecstandaard voor een 64 Kbps PCM-codering (Pulse Code Modulation).
Audiocodec met ITU-standaard dat geschikt is voor digitale spraakoverdracht in en PSTN-netwerk of
via een PBX.
- G.726 : Audiocodec met ITU-standaard die ADPCM (Adaptive Differential Pulse Code Modulation)
toepast voor variabele bitsnelheden van 40/32/24/16 Kbps tot 64 Kbps PCM-codering.
• Bitsnelheid : Hier stelt u de bitsnelheid om de compressieverhouding aan te geven als u de G.726-codec
gebruikt.
• Versterking : Geef de audio-invoerversterking op.
Verslechtering van geluidskwaliteit of vervorming kan optreden als het volume van de geluidsbron of versterkingswaarde te
`
J
hoog zijn ingesteld.
4. Stel het niveau voor de audio-uitvoer.
• Inschakelen : Hier geeft u aan op u audio-uitvoer wilt gebruiken.
• Versterking : Geef de audio-uitvoerversterking op.
5. Klik wanneer u klaar bent op [Toepassen (
32_ instellingenscherm
)>
)].
Camera-instellingen
U kunt de camera-instellingen wijzigen al naar gelang de locatie van de camera.
1. Selecteer in het Instellingenmenu het <Video & Audio (
tabblad.
2. Klik op <Camera-instellingen>.
3. Configureer de instellingen zonodig: Sensor, SSDR,
Witbalans, Achtergrondverlichting, Belichtingstijd, Dag/Nacht,
Speciaal, OSD, IR
4. Klik wanneer u klaar bent op [Toepassen (
Als een bepaalde hoeveelheid tijd (time-out: 240 sec.) is verstreken
`
zonder dat u op de knop [Toepassen (
)] klikt na de instellingen
te hebben gewijzigd, worden uw wijzigingen niet toegepast.
Instellen van de sensor
Hiermee wordt bepaald hoeveel frames de camera CMOS sensor zal vastleggen per seconde.
1. Selecteer <Sensor>.
2. Selecteer <Modus>.
Zie "Videoprofiel" voor het bereik van de framerate instellingen van het <Videoprofiel> volgens modus instellingen. (pagina 27)
`
M
Instellen van SSDR
Voor een scène waarbij het verschil tussen helder en donker aanzienlijk is, kunt u het donkere gebied
helderder maken om de algehele helderheid in te stellen.
1. Selecteer <SSDR>.
2. Stel <Modus> in op <Aan>.
3. Configureer zo nodig de instellingen voor <Niveau> en
<D-Bereik>.
• Niveau : hier past u het niveau van het dynamische bereik aan.
• D-Bereik : hier selecteert u het amplitudegebied van het dynamische bereik.
)>
)].