instellingenscherm
INSTELLINGEN
Via het netwerk kunt u de basisgegevens voor de camera, voor video en audio, voor netwerkgebeurtenissen en
het systeem instellen.
1. In het Live-scherm klik op [ Setup (
2. Het instellingenscherm verschijnt.
Voor de instelpagina voor een voorbeeld van de video moet de invoegtoepassing voor de webviewer op de pc zijn
`
J
geïnstalleerd.
Wanneer het niet goed is geïnstalleerd, verschijnt automatisch de installatiepagina.
BASIC-INSTELLINGEN
Videoprofiel
1. Selecteer in het Instellingenmenu het <Basic (
2. Klik op <Videoprofiel>.
3. Stel de <Verbindingsbeleid videoprofiel> in.
• Verbinding behouden wanneer profielinstelling wordt
gewijzigd: Output maakt gebruik van dezelfde instellingen,
zelfs wanneer de instellingen van het actieve profiel worden
gewijzigd.
Wanneer deze optie niet is geselecteerd en u een profiel
wijzigt die door een bestaande verbinding wordt gebruikt,
wordt de desbetreffende verbinding gereset.
4. Selecteer alle profieleigenschappen.
Voor meer details, zie "Een video profiel toevoegen/wijzigen".
(pagina 28)
5. Klik op het invoervak van elk item en voer een gewenste
waarde in of selecteer deze.
Het contextmenu kan afwijken, afhankelijk van het geselecteerde
`
codectype.
• Standaardprofiel: Als u de Webviewer gebruikt en er geen
profiel is geselecteerd, wordt het standaard videoprofiel
toegepast.
• Profiel e-mail/FTP: videoprofiel dat moet worden overgezet
naar de opgegeven e-mail- of FTP-locatie.
Alleen de MJPEG-codec kan worden ingesteld als het e-mail/FTP-profiel.
`
• Opnameprofiel : Dit is het profiel dat wordt toegepast op video-opname.
• Audio-In : Hiermee geeft u aan of u audio voor de video-opnamen wilt gebruiken.
) ] .
)> tabblad.
6. Stel op basis van uw situatie de ATC-modus (Auto Transmit Control) in.
• ATC-modus : Hiermee worden de video-eigenschappen
aangepast volgens de verschillen in de netwerkbandbreedte,
waarmee de bitsnelheid wordt bepaald. De bitsnelheid
regelen hangt af van de ATC-modus.
- Framesnelheid bepalen : Verminder de framesnelheid als de netwerkbandbreedte daalt.
- Compressie bepalen : Bepaal de compressienelheid als de netwerkbandbreedte daalt.
De compressieregeling kan leiden tot verslechtering van de beeldkwaliteit.
- Voorval (MD) : Deze functie werkt wanneer een voorval van bewegingsdetectie (MD) wordt
geselecteerd.
Als een voorval optreedt, regelt het systeem de beeldsnelheid.
Als geen beweging wordt gedetecteerd, geeft het systeem signalen op de minimum beeldsnelheid,
waarbij het gebruik van de bandbreedte dus wordt gereduceerd.
Indien <Bitrate-besturing> op <CBR> is ingesteld, wordt de coderingprioriteit volgens de ATC-modus als volgt bepaald:
`
Bitrate-besturing / ATC-
Framesnelheid bepalen
modus
CBR
Beeldsnelheid
• ATC-gevoeligheid : Bepaal de overdrachtsnelheid volgens de verschillen in de netwerkbandbreedte.
De overdrachtsnelheid wordt op het hoogste niveau ingesteld indien de bandbreedte <Zeer hoog> is en
op het laagste niveau indien de bandbreedte <Zeer laag> is.
• ATC-limiet : Indien de kwaliteit of de framesnelheid aangepast wordt, wordt de eigenschap gewijzigd in
de toegepaste waarde (%) tegenover de vorige instelwaarde (100%).
Let op, als u de waarde van de eigenschap te veel verlaagt, kan het scherm gaan flikkeren. Het is dus
aan te raden om de waarde binnen de grenzen te regelen.
U kunt de ATC-bediening het beste alleen toepassen voor camera's die ATC ondersteunen.
`
J
Stel de ATC-gevoeligheid in op <Zeer laag> in een netwerkomgeving met grote verschillen in de netwerkbandbreedte.
`
Indien de netwerkverbinding onstabiel is, kan het scherm flikkeren.
`
7. Klik wanneer u klaar bent op [Toepassen (
Compressie bepalen
Voorval (MD)
Compressie
Beeldsnelheid
)].
Nederlands _27