Bellen
Bellen en gebeld worden
U moet de telefoon aanzetten en zich
binnen het bereik van een netwerk
bevinden.
Bellen
1
Voer vanuit stand-by een
telefoonnummer in (met de
internationale landcode en het
netnummer, indien van toepassing).
2
Druk op
.
U kunt nummers bellen vanuit uw
contacten en de gesprekkenlijst.
Zie Contacten op pagina 34 en
Gesprekkenlijst op pagina 37. U kunt ook
gesprekken tot stand brengen met uw
stem. Zie Spraakbesturing op pagina 38.
Een gesprek beëindigen
•
Druk op
.
Internationale nummers bellen
1
Houd vanuit stand-by
tot een plusteken (+) verschijnt.
2
Voer de landcode, het netnummer
(zonder de eerste nul) en het
telefoonnummer in.
3
Druk op
.
Een nummer opnieuw kiezen
•
Als
Opnieuw?
wordt weergegeven,
selecteert u Ja.
32
Bellen
This is the Internet version of the User's guide. © Print only for private use.
Een gesprek aannemen
•
Druk op
Een gesprek weigeren.
•
Druk op
Het volume van de oorspeaker
veranderen tijdens een gesprek
•
Druk de volumetoets omhoog of
omlaag.
De microfoon dempen tijdens een
gesprek
1
Houd de toets
2
Houd
om verder te gaan.
De luidspreker inschakelen tijdens
een gesprek
•
Selecteer
ingedrukt
Gemiste gesprekken weergeven
vanuit stand-by
•
Druk op
te openen.
Houd de telefoon tijdens het wachten
niet bij uw oor. Wanneer er een
verbinding tot stand is gebracht, wordt
er een luid signaal weergegeven.
.
.
nogmaals ingedrukt
Geluid
>
Houd de telefoon niet bij uw oor als u de
luidspreker gebruikt. Dit kan uw gehoor
beschadigen.
om de gesprekkenlijst
ingedrukt.
Speaker
AAN.