MAN0530 Uitgave 12 - 10/12
2104M0506
160 mm (kort bereik)
211 (middellang/lang bereik)
Het transmittervenster is verwarmd om condensvorming, bevriezing en sneeuwaanslag zoveel
mogelijk tegen te gaan. Onder bijzonder koude omstandigheden wordt deze transmitterverwarming
opgevoerd tot 'turboniveau'. Deze turbostand kan worden uitgeschakeld als er geen behoefte
aan is.
De draden voor de elektrische verbindingen naar de transmitter worden door een flexibele buis
beschermd. De transmitter heeft drie draden, rood (+24 V), zwart (0 V) en groenIgeel (GND).
2.3
ONTVANGER
De Searchline Excel-ontvanger vangt de door de transmitter uitgezonden infraroodstraling
op en meet aan de hand daarvan de hoeveelheid koolwaterstofgassen in het door de bundel
afgelegde pad.
De infraroodstralen worden verzameld door één gemeenschappelijke siliconenlens voor
het bemonsterings- en het referentiemeetkanaal. Vervolgens wordt de stralenbundel in
tweeën gesplitst en verdeeld over twee detectoren met filter, de monsterdetector en de
referentiedetector.
Het licht naar de monsterdetector wordt gefilterd op die golflengten waar het te meten gas het
sterkst wordt geabsorbeerd. Het licht naar de referentiedetector wordt gefilterd op die golflengten
waar het te meten gas het minst wordt geabsorbeerd. Door nu de verhouding tussen het
monster- en het referentiesignaal te berekenen kan de hoeveelheid gas in de bundel worden
bepaald. Hierbij worden de effecten van regen, mist, vuil, e.d., gecompenseerd.
2. OVERZICHT
417 mm (kort bereik)
433 (middellang/lang bereik)
10
Searchline Excel