28
Magnos27: Voorbereiding voor installatie
Meetgas
Testgassen
Analysator
Magnos27
Magnos27 met
vervangingsgaskalibratie
Druksensor
Gasaansluitingen
EL3000 CONTINUE GASANALYSATORS
Toegangsvoorwaarden meetgas
De analysator mag niet worden gebruikt voor het meten van brandbare
gas/lucht- of gas/zuurstofmengsels.
Temperatuur
Het dauwpunt van het meetgas moet ten minste 5 °C lager
zijn dan de laagste temperatuur in het gehele
meetgastraject. Anders is een meetgaskoeler of een
condensaatafscheider nodig.
Als de meetkamer rechtstreeks wordt aangesloten, mag
het dauwpunt van het meetgas maximaal 55 °C bedragen.
Een fluctuerend waterdampgehalte veroorzaakt een
volumefout.
Druk
De analysator werkt onder atmosferische druk, de
meetgasuitgang is open voor de atmosfeer. Interne
drukval: < 5 hPa bij standaarddebiet 60 l/u. Toelaatbaar
absoluut drukbereik: 800...1250 hPa. Werking bij lagere
absolute druk (bijv. op hoogtes boven 2000 m) op verzoek.
Overdruk in de meetkamer: max. 100 hPa.
Debiet
20...90 l/u
Testgas voor de nulpuntkalibratie
Zuurstofvrij bedrijfsgas
Zuurstofvrij bedrijfsgas of
vervangingsgas (O
in N
2
Dauwpunt
Het dauwpunt van de testgassen moet ongeveer gelijk zijn aan het
dauwpunt van het meetgas.
LET OP
Neem de instructies voor het kalibreren in acht.
De druksensor is als optie in de gasanalysator ingebouwd (zie pagina 39). Hij
wordt via een FPM-slang op een aansluitbus aangesloten.
Zie paragrafen
"Gasaansluitingen Magnos27 (model EL3020)" (zie pagina 74) en
"Gasaansluitingen Magnos27 met Uras26 (model EL3020)" (zie pagina 75)
|
CI/EL3000-NL REV. B
Testgas voor de eindpuntkalibratie
Bedrijfsgas met bekende
O
-concentratie
2
Vervangingsgas, bijv. gedroogde
)
lucht
2