5.4.1.7
Vlambooglengte
Desgewenst kan de vlambooglengte (lasspanning) met +/- 9,9 V aan de individuele lasopdracht worden
aangepast.
5.4.1.8
Vlamboogdynamiek (smoorspoelwerking)
Met deze functie kan de vlamboog van een smalle, harde vlamboog met diepte inbranding (positieve
waarde) aan een brede en zachte vlamboog (negatieve waarde) worden aangepast. Aanvullend wordt de
geselecteerde instelling met signaallampjes onder de draaiknoppen weergegeven.
5.4.2
Programma (P
Voor verschillende soorten laswerk of posities bij een werkstuk zijn verschillende lasprogramma's
(arbeidspunten) nodig. Bij ieder programma worden de volgende parameters opgeslagen:
•
Draadtoevoersnelheid en spanningscorrectie (lasvermogen)
•
Bedrijfsmodus, lassoort en dynamiek
5.4.2.1
Selecteren en instelling
099-00LPXQ-EW505
13.03.2018
1-15)
A
Beschrijving van de werking
Afbeelding 5-10
Afbeelding 5-11
Afbeelding 5-12
MIG/MAG-lassen
23