10.
Sluit de drivekabels aan:
a.
Als u een diskettedrive installeert, sluit u de voedings- en gegevenskabels aan op de
achterzijde van de diskettedrive en sluit u het andere uiteinde van de gegevenskabel aan op
de connector op de systeemkaart met de aanduiding FLOPPY.
b.
Als u een mediakaartlezer installeert, sluit u de USB-kabel daarvan aan op de USB-connector
op de systeemkaart met de aanduiding F_USB2.
OPMERKING:
voor een afbeelding van de schijfeenheidconnectoren op de systeemkaart.
11.
Plaats het voorpaneel en het toegangspaneel terug.
12.
Sluit het netsnoer weer aan en zet de computer aan.
13.
Vergrendel eventuele beveiligingsapparaten die u heeft ontgrendeld bij het verwijderen van het
toegangspaneel.
34
Hoofdstuk 2 Hardware-upgrades
Raadpleeg
Schijfeenheidconnectoren op de systeemkaart op pagina 26
NLWW