van licht en schaduw tussen het onderwerp en de achtergrond, en creëert een beeld met de
optimale helderheid en gradatie.
1. MENU →
2. Selecteer de gewenste instelling met de linker-/rechterkant van het besturingswiel.
Menu-onderdelen
Dynamische-bereikopt.: auto (standaardinstelling):
Corrigeert automatisch de helderheid.
Dynamische-bereikopt.: 1 ― Dynamische-bereikopt.: 5:
Optimaliseert de gradatie van een opgenomen beeld voor elk gebied. Selecteer het
optimalisatieniveau tussen Lv1 (zwak) en Lv5 (krachtig).
Opmerking
[DRO/Auto HDR] ligt vast op [Uit] wanneer de opnamefunctie is ingesteld op [Panorama
d. beweg.], of wanneer [NR Multi Frame] of [Foto-effect] wordt gebruikt.
[DRO/Auto HDR] ligt vast op [Uit] wanneer [Beeldprofiel] is ingesteld op iets anders dan
[Uit].
[DRO/Auto HDR] ligt vast op [Uit] wanneer [Zonsondergang], [Nachtscène],
[Nachtportret], [Schemeropn. hand] of [Antibewegingswaas] is geselecteerd voor
[Scènekeuze]. De instelling ligt vast op [Dynamische-bereikopt.: auto] wanneer andere
functies zijn geselecteerd bij [Scènekeuze].
Tijdens opnemen met [D.-bereikopt.] kan ruis voorkomen in het beeld. Selecteer het juiste
niveau door het opgenomen beeld te controleren, vooral wanneer u het effect sterker
maakt.
[107] Hoe te gebruiken
corrigeren
Auto HDR
Verbreedt het bereik (gradatie) zodat u van de heldere delen tot de donkere delen beelden
met de juiste helderheid kunt opnemen (HDR: High Dynamic Range). Eén beeld met een
juiste belichting en een beeld samengesteld uit over elkaar liggende beelden worden
opgenomen.
1. MENU →
2. Selecteer de gewenste instelling met de linker-/rechterkant van het besturingswiel.
(Camera- instellingen) → [DRO/Auto HDR] → [D.-bereikopt.].
De opnamefuncties gebruiken
(Camera- instellingen) → [DRO/Auto HDR] → [Auto HDR].
De helderheid of het contrast