een nieuwe soldeerpunt gebruikt, moet de soldeerpunt ❼ eerst vertind
worden .
OPMERKING
• Een voorwaarde voor perfect solderen is het gebruik van een geschikt
soldeertin . Perfecte gesoldeerde verbindingen kunnen alleen worden
gerealiseerd nadat de juiste soldeertemperatuur is bereikt . Als de
soldeertemperatuur te laag is, stroomt het soldeertin niet voldoende
en veroorzaakt dit slechte soldeerverbindingen (zogenaamde koude
of droge verbindingen) . Bij overmatige soldeertemperaturen brandt
het soldeermiddel en vloeit het soldeer niet . Dit kan ook de te solderen
materialen vernietigen .
De temperatuurinstellingen voor de meest voorkomende toepassingen worden
hieronder getoond . Verschillen zijn mogelijk afhankelijk van het soldeer/de
fabrikant . De verschillende niveaus hebben geen vergrendelingsfuncties,
waardoor de instelling hetzelfde blijft op het geselecteerde niveau . Geringe
afwijkingen zijn mogelijk .
Minimum niveau = kamertemperatuur
• Niveau 1 = Ca . 100 °C – Opwarmfase en voor soldeer met een
overeenkomstige lage smelttemperatuur . Opwarmtijd: ca . 1
minuten en 00 seconden
• Niveau 2 = Ca . 200 °C – Smeltpunt van het meest gebruikte zachte
soldeer .
Opwarmtijd: ca . 1 minuten en 40 seconden
• Niveau 3 = Ca . 300 °C – Voor normaal gebruik, bijv . bij gebruik van
loodvrij soldeer .
Opwarmtijd: ca . 3 minuten en 00 seconden
• Niveau 4 = Ca . 400 °C – Hoge soldeertemperatuur, bijv . voor het
verwijderen van soldeer van kleine gesoldeerde verbindingen .
• Niveau 5 = Ca . 500 °C – Maximale soldeertemperatuur, bijv . voor het
afscheiden van grote soldeerverbindingen .
Opwarmtijd: ca . 6 minuten en 30 seconden
60
|
NL | BE
Opwarmtijd: ca . 4 minuten en 30 seconden
PLS 48 D2