51.2 Morteldruk afbouwen
1
2
Afb. 88: Morteldruk controleren
51.3 Machine na een stroomstoring weer inschakelen
3
2
1
4
1
Afb. 89: Onderspanningactuator
2020-11-06
RITMO L plus turbo neutrale FC-230 V, 1 Ph, 50 Hz Overzicht - Bediening
GEVAAR!
Overdruk op de machine!
Bij het openen van machineonderdelen kunnen
deze ongecontroleerd snel openspringen en de
bediener verwonden.
Machine pas openen, als de morteldruk tot „0" bar
is gedaald.
GEVAAR!
Verwondingsgevaar door uitspuitende mortel!
Uitspuitende mortel kan tot letsel aan ogen en
gezicht leiden.
Daarom:
Nooit in het spuitapparaat kijken.
Altijd veiligheidsbril dragen.
Altijd opstellen, zodat men niet door uitspuitende
mortel wordt geraakt.
Werkgebied met folie afdekken.
1. Luchtkraan op het spuitapparaat openen.
2. Op morteldrukmanometer (1) controleren, of de morteldruk
tot „0 bar" is gedaald. Indien nodig, de morteldruk door iets
losdraaien van de moeren (2) afbouwen.
3. Moeren (2) weer vast aandraaien.
AANWIJZING!
De RITMO L plus is voorzien van een
onderspanningsactuator. Bij stroomuitval moet
de installatie als volgt worden ingeschakeld.
1. Keuzeschakelaar (1) op stand „Nul" draaien (middenpositie).
2. Luchtkraan op het spuitapparaat sluiten.
3. Keuzeschakelaar vulpeilsonde (2) blijft aan de rechterkant
positioneren.
4. Hoofdschakelaar (3) op stand „I" schakelen.
5. Potentiometer (4) voor motortoerental / materiaalhoeveelheid
op stand 7 draaien (indien nodig regelen).
6. Keuzeschakelaar (1) naar rechts draaien.
7. De RITMO L plus start weer op, zodra ook de luchtkraan op
het spuitapparaat weer geopend wordt.
AANWIJZING!
Bij langere stroomuitval moeten de RITMO L plus en
de materiaalslangen onmiddellijk worden gereinigd.
Maatregelen bij stroomuitval
47