De instellingen voor benodigdheden van de HP-
tonercartridgebeveiliging configureren
Een netwerkbeheerder kan de instellingen voor tonercartridgebeveiliging uitvoeren met behulp van het
bedieningspaneel van de printer of de geïntegreerde webserver van HP (EWS).
Inleiding
●
De functie Cartridgebeleid in- of uitschakelen
●
De functie Cartridge Protection in- of uitschakelen
●
Inleiding
Gebruik het cartridgebeleid van HP en de Cartridge Protection om te bepalen welke cartridges in de printer zijn
geïnstalleerd en de cartridges die zijn geïnstalleerd te beveiligen tegen diefstal.
In HP Web Jetadmin bevinden de instellingen zich onder het venster Apparaatbeheer in de volgende menuketen:
Configuratie > Benodigdheden > Cartridgebeleid of Cartridge Protection.
Deze functies zijn beschikbaar in HP FutureSmart versie 3 en hoger.
Cartridgebeleid: Deze functie beschermt de printer tegen vervalste tonercartridges door alleen echte HP-
●
cartridges toe te staan voor gebruik met de printer. Het gebruik van originele HP-cartridges zorgt voor de
beste afdrukkwaliteit. Wanneer iemand een cartridge installeert die geen originele HP-cartridge is, geeft
het bedieningspaneel van de printer het bericht weer dat de cartridge niet is toegestaan en informatie die
aangeeft hoe u verder kunt gaan.
Cartridge
●
reeks printers, zodat ze in andere printers niet kunnen worden gebruikt. Wanneer u uw cartridges
vergrendelt, beschermt u uw investering. Als deze functie is ingeschakeld en iemand probeert om een
vergrendelde cartridge uit de originele printer te halen en in een ongeautoriseerde printer te plaatsen, kan
die printer niet afdrukken met de vergrendelde cartridge. Het bedieningspaneel van de printer geeft het
bericht weer dat de cartridge is vergrendeld en informatie die aangeeft hoe de gebruiker verder kan gaan.
VOORZICHTIG:
tonercartridges die worden geïnstalleerd in de printer automatisch en permanent vergrendeld. Om te
voorkomen dat een nieuwe cartridge wordt vergrendeld, schakelt u de functie uit voordat u de nieuwe
cartridge installeert.
Het uitschakelen van de functie schakelt de vergrendeling van cartridges die momenteel zijn geïnstalleerd
niet uit.
Beide functies zijn standaard uitgeschakeld. Volg deze procedures om ze in of uit te schakelen.
32
Hoofdstuk 3 Benodigdheden, accessoires en onderdelen
Protection: Deze functie koppelt tonercartridges permanent aan een specifieke printer of een
Na het inschakelen van Cartridge Protection voor de printer, worden alle volgende
NLWW