H14TX - HB40 - H16TPX - HB44J
A
- Voorwoord
2.1.3 - Risico op kantelen
Alvorens zich te positioneren en de machine in werking te stellen :
• Controleer dat het werkoppervlak de mogelijkheid heeft het gewicht van
de machine te dragen.
• Overschrijdt de maximale nominale capaciteit van de machine niet.
Deze is inclusief het gewicht van het materiaal en het aantal toegelaten
personen. Overschrijdt niet het aantal toegelaten personen.
• Plaats de ladingen evenwichtig in het midden van de gondel.
• Verhoog de werkhoogte nooit door het gebruik van toebehoren (ladder).
• Plaats geen ladder of stelling in de gondel of tegen eender welk deel van
deze machine.
• Gebruik de machine nooit wanneer de windkracht groter is dan de
toegelaten drempelwaarde.
• Vergroot nooit het oppervlak van de gondel (of het platform) dat aan
wind blootgesteld is. Dit is inclusief panelen, doeken .... Wees u ervan
bewust dat werken met materialen met een grote oppervlakte ervoor
zorgt dat de machine meer wind opvangt.
• Verhoog het platform nooit, of rijd nooit met een verhoogd platform op
een helling de steiler is dan de nominale helling van de machine.
• Verrijd de machine niet over hellingen of verkantingen die steiler zijn dan
de toegelaten limieten.
• Vervang de belangrijkste onderdelen voor de stabiliteit van de machnie
nooit door een onderdeel dat niet hetzelfde gewicht of dezelfde
eigenschappen heeft.
• Gebruik de machine nooit met aan de reling of de mast opgehangen
materiaal of voorwerpen.
• Duw of trek nooit een object buiten de mand. Respecteer de maximaal
toegelaten laterale inspanning die in de prestatie-eigenschappen
vermeld staat.
• Gebruik de machine niet om een externe structuur te ondersteunen.
• Gebruik de machine niet om te trekken of slepen.
12
4000350350
E12.16
NL