4
In- en uitschakelen
Gebruik de apparatuur alleen binnen het aangegeven bereik van de bedrijfstemperatuur en de
luchtvochtigheid (zie de handleiding voor locatievoorbereiding).
LET OP:
Als de apparatuur of benodigdheden zijn blootgesteld aan omstandigheden van buiten het
werkingsbereik van de omgevingscondities, wacht dan minimaal 4 uur totdat alle werkomstandigheden
voor de omgeving zijn bereikt voordat u de apparatuur inschakelt of de benodigdheden gebruikt.
De printer in- en uitschakelen
De printer voor de eerste keer inschakelen
1.
Zorg ervoor dat de twee onderste rijen stroomonderbrekers aan de rechtervoorkant van de printer
allemaal omhoog staan en dat de drie groene lampen branden. Als een of meer van deze niet
branden, neem dan contact op met uw elektricien.
2.
Zet de hoofdschakelaar aan.
3.
Wacht op een bericht op het front panel dat de printer klaar is om opnieuw te worden geactiveerd.
4.
Voer een visuele controle van de printer uit.
34
Hoofdstuk 4 In- en uitschakelen