2. Klik op Opties voor Energiebeheer en klik daarna op Het gedrag van de aan/uit-knop bepalen in het
linkerdeelvenster.
3. Klik bovenaan op Instellingen wijzigen die momenteel niet beschikbaar zijn.
4. Klik op Ja als dat wordt gevraagd door Gebruikersaccountbeheer.
5. Schakel het selectievakje Snel opstarten inschakelen uit en klik daarna op Wijzigingen opslaan.
De ingebouwde batterij uitschakelen:
1. Start de computer opnieuw op. Druk zodra het logoscherm verschijnt onmiddellijk op de toets F1 om het
UEFI BIOS-menu weer te geven.
2. Selecteer Config ➙ Power. Het submenu Power verschijnt.
3. Selecteer Disable Built-in Battery en druk op Enter.
4. Selecteer Yes in het bevestigingsvenster. De ingebouwde batterij wordt uitgeschakeld en de computer
wordt automatisch uitgezet. Wacht drie tot vijf minuten om de computer te laten afkoelen.
Een CRU vervangen
Volg de vervangingsprocedure om een CRU te vervangen.
Klep aan de onderkant van de computer
Vereiste
Lees voordat u begint de
volgende instructies af.
Opmerking: Verwijder de klep aan de onderkant niet als uw computer is aangesloten op de netvoeding. Als
u dat wel doet, bestaat er een risico van kortsluiting.
Ga als volgt te werk om toegang te krijgen:
1. Ingebouwde batterij uitschakelen. Zie 'Snel opstarten en de geïntegreerde batterij uitschakelen' op
pagina 49.
2. Zet de computer uit en ontkoppel de computer van de netstroom en alle aangesloten kabels.
3. Sluit het beeldscherm en keer de computer om.
50
ThinkPad Z13 Gen 2 / ThinkPad Z16 Gen 2 Gebruikershandleiding
Algemene kennisgevingen over veiligheid en naleving van richtlijnen
en druk de