INFORMATIE
▪ Het aantal weergegeven leds hangt af van het aantal
kamers.
▪ De functie bedradingscontrole werkt NIET bij een
buitentemperatuur van ≤5°C.
▪ Wanneer de bedradingscontrole is voltooid, blijven de
leds branden tot de gewone werking begint.
▪ Volg de procedures voor diagnose van het product.
Voor meer informatie over de storingsdiagnose van het
product, zie de servicehandleiding.
Status van leds:
▪ Alle leds knipperen: automatische correctie is NIET mogelijk.
▪ Leds knipperen afwisselend: automatische correctie is voltooid.
▪ Eén of meerdere leds blijven branden: abnormale stop (volg de
diagnoseprocedures op de achterkant van de rechter zijplaat en
raadpleeg de servicehandleiding).
10.3.2
Proefdraaien
Vereiste: De gegevens van de voeding MOETEN binnen het
opgegeven bereik vallen.
Vereiste: Proefdraaien is mogelijk in de stand koelen of verwarmen.
Vereiste: Proefdraaien moet worden uitgevoerd volgens de
instructies in de gebruiksaanwijzing van de binnenunit om te
controleren of alle functies en onderdelen goed werken.
1 In de koelstand, selecteer de laagst programmeerbare
temperatuur. In de verwarmingsstand, selecteer de hoogst
programmeerbare temperatuur.
2 Meet de temperatuur aan de inlaat en uitlaat van de binnenunit
nadat de unit een 20-tal minuten draait. Het verschil moet groter
dan 8°C (koelen) of 20°C (verwarmen) zijn.
3 Controleer eerst de werking van elke unit afzonderlijk, en
vervolgens ook de gelijktijdige werking van alle binnenunits.
Controleer zowel verwarmen als koelen.
4 Stel de temperatuur op een normaal niveau in wanneer het
proefdraaien beëindigd is. In de koelstand: 26~28°C, in de
verwarmingsstand: 20~24°C.
INFORMATIE
▪ Indien nodig kan proefdraaien worden gedeactiveerd.
▪ Nadat de unit is uitgeschakeld, kan ze pas na 3
minuten weer worden gestart.
▪ Wanneer het proefdraaien in de verwarmingsstand
meteen na het activeren van de veiligheidsonderbreker
wordt begonnen, wordt in sommige gevallen ongeveer
15 minuten geen lucht uitgeblazen om de unit te
beschermen.
▪ Gebruik alleen de airconditioner bij het proefdraaien.
Gebruik
de
Hybride
warmtapwatergenerator NIET bij het proefdraaien.
▪ Tijdens het koelen kan er zich ijs vormen op de
gasafsluiter of op andere onderdelen. Dit is normaal.
INFORMATIE
▪ De unit verbruikt ook nog stroom wanneer ze
uitgeschakeld is.
▪ Wanneer
de
stroom
stroompanne, werkt de unit verder in de eerder
geselecteerde stand.
3AMXF-A9, 3AMXF-A9, 3AMXM-N9
R32 Split-reeks
3P600450-1R – 2022.05
voor
Multi
of
de
wordt
hersteld
na
een
11 Onderhoud en service
10.4
De buitenunit starten
Zie de installatiehandleiding van de binnenunit voor meer informatie
over de configuratie en inbedrijfstelling van het systeem.
11
Onderhoud en service
OPMERKING
Controlelijst algemeen onderhoud/algemene inspectie.
Behalve de onderhoudsinstructies in dit hoofdstuk, staat er
ook een controlelijst algemeen onderhoud/algemene
inspectie op het Daikin Business Portal (aanmelden
vereist).
De controlelijst algemeen onderhoud/algemene inspectie is
een aanvulling op de instructies in dit hoofdstuk en kan
worden gebruikt als richtlijn en sjabloon voor rapportering
bij het onderhoud.
OPMERKING
Dit onderhoud MOET worden uitgevoerd door een erkend
installateur of een servicetechnicus.
Laat het onderhoud minstens één keer per jaar uitvoeren.
De
geldende
wetgeving
onderhoudsintervallen vereisen.
OPMERKING
De
geldende
wetgeving
broeikasgassen vereist dat de koelmiddelvulling van de
unit zowel in gewicht als CO
Formule
om
het
berekenen: GWP-waarde van het koelmiddel × totale
koelmiddelvulling [in kg] / 1000
12
Als afval verwijderen
OPMERKING
Probeer het systeem NIET zelf te ontmantelen: het
ontmantelen van het systeem en het behandelen van het
koelmiddel, van olie en van andere onderdelen MOETEN
conform met de geldende wetgeving uitgevoerd worden.
De units MOETEN voor hergebruik, recyclage en
terugwinning bij een gespecialiseerd behandelingsbedrijf
worden behandeld.
13
Technische gegevens
▪ Een deel van de recentste technische gegevens is beschikbaar
op de regionale Daikin-website (publiek toegankelijk).
▪ De volledige recentste technische gegevens zijn beschikbaar op
het Daikin Business Portal (authenticatie vereist).
13.1
Bedradingsschema
13.1.1
Legende eengemaakt bedradingsschema
Voor
gebruikte
onderdelen
bedradingsschema op de unit. De onderdelen zijn genummerd met
Arabische cijfers in oplopende volgorde en wordt in het overzicht
hieronder aangegeven door "*" in de onderdeelcode.
kan
evenwel
kortere
inzake
gefluoreerde
-equivalent wordt uitgedrukt.
2
aantal
ton
CO
-equivalent
2
en
nummering,
zie
Montagehandleiding
te
het
19