VOORZORGSMAATREGELEN
• Wanneer bedradingswerkzaamheden worden uitgevoerd mag de printplaat niet worden aangeraakt.
Anders kan dit tot storingen leiden.
• Sluit de bedrading voor de voedingsspanning nooit aan op het klemmenblok voor de bedrading van de
afstandsbediening/transmissie. Hierdoor kan het gehele systeem onherstelbaar worden beschadigd.
• Sluit de bedrading van de afstandsbediening/transmissie nooit aan op het verkeerde klemmenblok.
• Wanneer het deksel van de leidingdoorvoer is afgesneden en wordt gebruikt als een doorvoergat voor de
bedrading, nadat de bedrading is aangesloten, moet het deksel worden gerepareerd.
• Sluit de opening rond de bedrading af met behulp van stopverf en isolerende materiaal (ter plaatse aan te
leveren).
(Wanneer insecten en kleine dieren in de binnenunit terechtkomen, kan dit kortsluiting in de schakeldoos
veroorzaken.)
• Als de lagespanning-bedrading (bedrading voor afstandsbediening) en de hogespanning-bedrading (voe-
dingsbedrading en aardingsbedrading) vanaf dezelfde plaats in de binnenunit binnenkomen, kan er elek-
trische ruis optreden (ruis van buitenaf) met een defect of foutieve werking tot gevolg.
• Houdt buiten de unit een tussenruimte van minimaal 50 mm aan tussen de bedrading voor lage spanning
(bedrading voor afstandsbediening/transmissie) en de bedrading voor hoge spanning (voedingsspanning,
aardleider). Wanneer beide bedradingen samen worden verlegd, kan elektrische ruis (ruis van buitenaf)
ontstaan, waardoor storingen kunnen worden veroorzaakt.
Voedingsbedrading en
aardingsbedrading
Bedrading voor hoge spanning
Nederlands
Bedrading voor afstandsbediening
en transmissie
Kunststof bussen (10)
(accessoire)
Stopverf of isolatie
(ter plaatse aanleveren)
Bedrading voor lage spanning
23