Niveau DATA-BUS
De parameters in dit niveau hebben uitsluitend betrekking op de met de databus verband
houdende parameters.
PARAMETER
01
Busadres centraal apparaat
02
Busrechten RS DG
03
Busrechten RS MG-1
04
Busrechten RS MG-2
Niveau RELAISTEST
In dit niveau kunnen de relais in het centrale apparaat met de draaiknop geselecteerd
worden om de werking ervan te controleren.
PARAMETER
01
Test warmteopwekker
02
Test pomp direct circuit
03
Test mengercircuitpomp 1
04
Test mengerinstelorgaan 1
05
Test mengercircuitpomp 2
06
Test mengerinstelorgaan 2
07
Test warmwaterlaadpomp
08
Test variabele uitgang 1
09
Test variabele uitgang 2
Niveau FOUT MELDING
In dit niveau kunnen maximaal vijf stoormeldingen worden opgeslagen, die voortdurend
geactualiseerd worden.
PARAMETER
01
Stoormelding 1
02
Stoormelding 2
03
Stoormelding 3
04
Stoormelding 4
05
Stoormelding 5
Benaming
10, 20, 30, 40, 50
1
2
1
2
1
2
Benaming
Verschillende relaisschakelvolgordes al
naargelang ingestelde WOPW
UIT-AAN-UIT-...
UIT-AAN-UIT-...
STOP-OPEN-STOP-SLUIT-STOP-...
UIT-AAN-UIT-...
STOP-OPEN-STOP- SLUIT -STOP-...
UIT-AAN-UIT-...
UIT-AAN-UIT-...
UIT-AAN-UIT-...
Benaming
Laatste stoormelding
Eennalaatste stoormelding
Tweenalaatste stoormelding
Drienalaatste stoormelding
Viernalaatste stoormelding
Instelbereik / Instelwaarden
Conciërgestatus
Huurderstatus
Conciërgestatus
Huurderstatus
Conciërgestatus
Huurderstatus
Instelbereik / Instelwaarden
Instelbereik / Instelwaarden
31
10
2
2
2
UIT
UIT
STOP
UIT
STOP
UIT
UIT
UIT