Hoofdstuk 2: Installatie en configuratie
Docking-station
Het basisprincipe achter de eenvoudige installatie van de detector is dat alle
bedrading en het buizennetwerk worden geïnstalleerd met behulp van een
docking-station. Dit is een handige functie waarmee de detector kan worden
verwijderd of vervangen zonder de bedrading of het geïnstalleerde
buizennetwerk te verstoren.
De inlaat- (rookaanzuiging) en uitlaatpoort van het docking-station worden
gebruikt om te werken met het buizennetwerk. De inlaatpoort wordt gebruikt voor
rookaanzuiging in het buizennetwerk. De uitlaatpoort voert de uitlaatlucht van de
detector terug naar het rookaanzuiggebied, wanneer dit wordt vereist door
luchtdrukverschillen. (Raadpleeg Afbeelding 4.)
Afbeelding 4: Docking-station
(1) Kabeldoorvoer
(2) Aardeaansluiting
(3) Uitlaatpoort
10
(4) Aanzuigpoort
(5) Montageschroefopeningen
Stratos Micra 25 Rookaanzuigdetectiesysteem Installateurshandboek