Problemen opsporen en verhelpen
Problemen opsporen en verhelpen
Probleem
De pompcyclus wil niet voorpompen.
Pomp slaat af, hapert of houdt de druk
niet vast.
De pomp wil niet lopen of maakt één slag
en stopt dan weer.
De pomp werkt onregelmatig.
8
Oorzaak
De pomp loopt te snel, waardoor voor het
voorpompen cavitatie ontstaat.
De kogel van de terugslagklep is erg
versleten of is ingeklemd in het spruitstuk
of de zitting.
De zitting is erg versleten.
De inlaat of uitlaat is verstopt.
Inlaatklep of uitlaatklep gesloten.
De inlaatfittingen of het spruitstuk is los.
De O-ringen van het spruitstuk zijn
beschadigd.
Versleten kogelkleppen, zittingen
of O-ringen.
De luchtklep zit vast of is vuil.
De kogel van de terugslagklep is erg
versleten en is ingeklemd in het
spruitstuk of de zitting.
De voorgestuurde klep is versleten,
beschadigd of verschoven.
De pakking van de luchtklep
is beschadigd.
De kogelklep is als gevolg van overdruk in
de zitting ingeklemd.
De doseerkraan is verstopt.
De luchtlijn is verstopt
(uitvoeringen met luchtregeling
op afstand).
De aanzuigleiding is verstopt.
Klevende of lekkende kogelkleppen.
Het membraan (en de back-up) zijn
gescheurd.
De luchtuitlaat is geblokkeerd.
De voorgestuurde kleppen zijn
beschadigd of versleten.
De luchtklep is beschadigd.
De pakking van de luchtklep
is beschadigd.
De luchttoevoer is onregelmatig.
De geluiddemper van de uitlaat heeft
ijsafzetting.
Oplossing
Lage druk bij de luchtinlaat.
Vervang kogel en zitting. Zie pagina 13.
Vervang kogel en zitting. Zie pagina 13.
Vrijmaken.
Zet hem open.
Vastdraaien.
Vervang de O-ringen. Zie pagina 13.
Vervangen. Zie pagina 26.
Haal de luchtklep uit elkaar en maak
deze schoon. Zie pagina 11. Gebruik
gefilterde lucht.
Vervang kogel en zitting. Zie pagina 13.
Vervang de voorgestuurde klep.
Zie pagina 14.
Vervang de pakking. Zie pagina 10.
Plaats de drukontlastingsset.
Zie Toebehoren op pagina 29.
Ontlast de druk en maak de kraan
schoon.
Maak de buis schoon.
Controleren en vrijmaken.
Reinigen of vervangen. Zie pagina 13.
Vervangen. Zie pagina 14.
Maak de uitlaat vrij.
Vervang de voorgestuurde kleppen.
Zie pagina 14.
Vervang de luchtklep. Zie pagina 10.
Vervang de pakking van de luchtklep.
Zie pagina 10.
Repareer de luchttoevoer.
Gebruik een drogere luchttoevoer of een
geluidsdemper met een laag risico op
ijsafzetting (Graco-onderdeel 102656).
3A0560P