hoofdstuk 1
Plaats de inktpatroon in de printer bij het overeenkomende nummer op de
inktpatroonvergrendeling. De printer bevat twee inktpatronen tegelijk.
Voor informatie over het afdrukken in de afdrukmodus inkt-backup raadpleegt u
de Help bij de HP Photosmart-printer.
Let op! Controleer of u de juiste inktpatronen gebruikt. Het wordt afgeraden
HP-inktpatronen aan te passen of bij te vullen. Schade die ontstaat door het
aanpassen of bijvullen van HP-inktpatronen wordt niet gedekt door de
garantie van HP.
Opmerking: Bewaar de inktpatroon daarom altijd in de meegeleverde
houder wanneer u deze uit de printer verwijdert. Als u dat niet doet, kan
dat tot gevolg hebben dat de inktpatroon defect raakt. Zie de Help bij de
HP Photosmart-printer voor meer informatie over het bewaren van
inktpatronen.
inktpatronen installeren of vervangen
De printer presteert alleen optimaal wanneer u echte inktpatronen van HP
gebruikt die in de fabriek zijn gevuld.
De inktpatronen gaan het langst mee als u de printer uitzet wanneer u deze niet
gebruikt. Trek de stekker pas uit het stopcontact of schakel de stroomvoorziening
(bijvoorbeeld een snoercentrale) pas uit wanneer het lampje Aan/Waarschuwing
niet meer brandt. Als u de juiste procedure voor het uitzetten van de printer in
acht neemt, worden de inktpatronen op de juiste wijze opgeborgen.
Zo vervangt of installeert u inktpatronen:
Als de printer uit staat, drukt u op de knop A
1
van de printer.
2
Laad normaal papier in de invoerlade, zodat de printer een
kalibratiepagina kan afdrukken nadat u de inktpatronen hebt
geïnstalleerd.
3
Til de printerkap op.
4
Druk de vergrendeling van de inktpatroon naar beneden en trek deze naar
voren. De vergrendeling van de inktpatroon wordt geopend.
8
op het bedieningspaneel
AN
hp photosmart 7600 series