Inhoudsopgave
Advertenties
1
Verbindingsklemmen
2
Afschermklemmen
Modbus-kabel van SolvisLea aansluiten
1. Verbindingsdoos openen.
2. De van de SolvisLea komende, afgeschermde Modbus-
leiding in de verbindingsdoos leiden.
3. De leiding ontmantelen, afscherming vrijmaken en in
de afschermklem vastzetten.
4. Aders isoleren en voorzien van adereindhulzen.
5. De aders overeenkomstig de kleurcodering
bruin/wit/groen op de voorgemonteerde klemmen
leggen.
Zie ook
Montage SolvisLea (MAL-LEA).
5.4.3 Aansluiting pomp PLAS-WP-WM
Pomp aansluiten
De pomp heeft 2 aansluitkabels.
1. Net- en signaalkabel van de pomp naar de netwerk-
kaart van de SolvisControl 3 leiden.
2. Netkabel op de uitgang A2 aansluiten en de kabel door
middel van een trekontlasting borgen.
3. Signaalkabel als volgt op de uitgang LP aansluiten:
• blauw: "LP -"
• bruin: "LP +".
5.4.4 Aansluiting omschakelklepgroep
Omschakelklep aansluiten
1. Leid de aansluitkabel van de 3-wegomschakelklep naar
de netwerkkaart van de SolvisControl 3.
2. Sluit de netkabel op de uitgang A14 aan en borg de
kabel door middel van een trekontlasting.
Aanvoersensor S14 aansluiten
1. Leid de kabel van de aanvoertemperatuursensor S14
naar de netwerkkaart van de SolvisControl 3.
2. Steek de pinstrook van de kabel op S14.
5.4.5 Aansluiting SmartGrid (optioneel)
Via de SmartGrid-aansluitprintplaat kunnen de
volgende bedrijfstoestanden conform "SG-ready"-
label worden aangepast:
• Blokkering van de warmtepomp (bijv. EVU-
blokkeertijd)
• Versterkt bedrijf van de warmtepomp
• Externe aanvraag van de EVU of het warmte-
pompbedrijf, bijv. door energiemanagementsys-
teem
Als deze niet is bezet, draait de warmtepomp in
normaal bedrijf.
SmartGrid-box monteren
1. Monteer de meegeleverde SmartGrid-box (1) in de
laadmodule en schroef deze boven en onder vast.
SOLVIS UBA-MAX-7-LEA-NL · Technische wijzigingen voorbehouden · 32524-3
Afb. 22: SmartGrid-box in de laadmodule gemonteerd
Voedingsspanning SmartGrid-box tot stand brengen
1. Steek de meegeleverde aansluitkabel SmartGrid op de
SmartGrid-printplaat.
2. Voer de printplaat in de netmodulebehuizing van de
laadmodule.
3. Steek deze op de uitbreidingsprintplaat (vgl. ALS-MAX-
7).
4. Alleen MaxSolo met Lea: Hier tevens de op de aan-
sluitkabel aangesloten stekker A12 op de netmodule
steken.
SmartGrid aansluiten
1. Leid de besturingskabel(s) van het SmartGrid-apparaat
naar de aansluitprintplaat van de SolvisMax en instal-
leer volgens het aansluitschema.
Voor installatieschema's en aansluitschema's zie
document installatieschema SolvisMax 7 (ALS-
MAX-7).
5.4.6 Voedingsspanning SolvisLea
De voedingsspanning van de interne warmtepomp-
besturing van de SolvisLea/SolvisLea Eco vindt plaats via de
netwerkkaart van de laadmodule WP resp. WP-SL.
Voedingsspanning voor SolvisLea aansluiten
1. Leid de 3-aderige kabel vanaf de SolvisLea naar de
netwerkkaart en plaats deze op een vrije plaats op de
uitbreidingsprintplaat met de klemmen PE/N/L.
2. Leid en borg de kabel door de trekontlasting.
De voedingsspanning van de compressor zelf wordt
apart geregeld en niet via de SolvisMax, zie
hoofdstuk "Elektrische aansluiting" in de montage-
handleiding (MAL-LEA).
5.4.7 Voedingsspanning verwarmings-
patroon
uitsluitend SolvisLea Eco met SolvisMax Solo
Technische gegevens verwarmingspatroon
• elektrisch vermogen: 6,2 kW
5 Montage
15
Advertenties
Inhoudsopgave
