• Voer altijd een controle van de waterkwaliteit uit.
Anders kan er zich in de leidingen corrosie of bac-
teriëngroei voordoen.
• Raadpleeg de dealer waar u de unit heeft gekocht
voor de timing en de methode voor de reiniging.
Reiniging van de warmtewisselaar aan de
waterzijde
• Wanneer een airconditioning lange tijd in gebruik
is zullen kalk, mossen etc. zich aan de waterzijde
afzetten in de warmtewisselaar. Voer met regel-
matige tussenpozen reinigingen uit. Wanneer er
zich kalk, mos etc. afzet, zal de koel- en verwarm-
ingscapaciteit afnemen. De veiligheidsvoorzien-
ing wordt herhaaldelijk geactiveerd, waardoor een
normale werking onmogelijk wordt.
• In gebieden waar de waterkwaliteit matig is, dient
de reinigingsfrequentie te worden verhoogd.
Reiniging van de zeef
• Reinig de zeef in de inlaatleiding van de waterto-
evoer voor de hittebron.
8-2
AAN HET BEGIN VAN HET SEIZOEN
Controleer
• Zijn de inlaat en uitlaat van de binnenunit geblok-
keerd?
Verwijder eventuele obstakels.
• Laat de pomp lopen en controleer of het water cir-
culeert.
Wanneer u inschakelt zonder watercirculatie, kan
de unit beschadigd raken.
Reinig het luchtfilter en de buitenkant.
• Zet het luchtfilter na de reiniging terug op zijn plek.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing bij de binne-
nunit voor details over de reiniging.
Schakel de stroom in.
• Zodra de stroom ingeschakeld is, verschijnen de
karakters in het display van de afstandsbediening.
(Schakel om de unit te beschermen minstens
6 uur vóór de inwerkingstelling de stroom in. Dit
zorgt voor een soepele opstart.)
8-3
AAN HET EINDE VAN HET SEIZOEN
Laat op een heldere dag de ventilator ongeveer
de helft van de dag draaien om het binnenste
van de unit grondig te drogen.
• Raadpleeg pagina 7 voor informatie over het
gebruik van alleen de ventilator.
Schakel de stroom uit.
• Zodra de stroom uitgeschakeld is, verdwijnen de
karakters in het display van de afstandsbediening.
• Wanneer de stroom ingeschakeld is, verbruikt de
unit meerdere tientallen Watt aan stroom.
Schakel de stroom uit om energie te besparen.
Nederlands
Reinig het luchtfilter en de buitenkant.
• Zet het luchtfilter na de reiniging in alle gevallen
terug op zijn plek.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing bij de binne-
nunit voor details over de reiniging.
• Wanneer de waterleiding zou kunnen bevriezen,
moet u de waterpomp van de hittebron ook wan-
neer de unit niet in bedrijf is, laten draaien.
• Verwijder alle water uit de unit en de waterleidin-
gen, wanneer de pomp in de winter lange tijd niet
wordt gebruikt.
9. DE VOLGENDE SYMPTOMEN ZIJN
NORMAAL EN DUS GEEN STOR-
INGEN AAN DE AIRCONDITIONER
9-1
HET SYSTEEM WERKT NIET
• De airconditioner start niet meteen bij een her-
start na een onderbreking van de werking of
wanneer de temperatuur gereset wordt na een
wijziging van de temperatuurinstelling met de
knop voor de temperatuurinstelling.
Wanneer de verklikkerlamp gaat branden, is er
geen storing aan het systeem.
Om overbelasting van de unit te voorkomen, start de
unit 5 minuten nadat zij wordt ingeschakeld, voor het
geval dat zij net van tevoren uitgeschakeld werd.
• Als op de afstandsbediening "Centrale bedi-
ening" wordt weergegeven en u de AAN/UIT-
toets indrukt, zal het display enkele seconden
knipperen.
Dit betekent dat de centrale apparaat het appa-
raat bestuurt.
Het knipperende display betekent dat de
afstandsbediening niet gebruikt kan worden.
• Het systeem wordt niet direct ingeschakeld
wanneer de hoofdschakelaar wordt inge-
schakeld.
Wacht ongeveer één minuut totdat de plc gereed is.
9-2
HIJ STOPT AF EN TOE
• Het display van de afstandsbediening ver-
meldt "U4"of "U5" en stopt, maar start na een
paar minuten weer op.
Dit gebeurt omdat de afstandsbediening ruis
oppikt van andere elektrische apparaten dan de
airconditioner. Dit belemmert de communicatie
tussen de units en doet ze stoppen.
De werking wordt automatisch opnieuw opge-
start, wanneer de interferentie verdwijnt.
11