2.1
Werkingsprincipe
De machine werkt volgens het draaischuifprincipe.
De olie dicht de tussenruimtes, smeert de schuiven en verlaagt de compressiewarmte.
Om een omgekeerde draairichting na uitschakeling te voorkomen, is de machine uitgerust met een
terugslagventiel (NRV).
Om te voorkomen dat vaste stoffen binnendringen, is de machine uitgerust met een zuigzeef (IS).
Het oliefilter reinigt de circulerende olie.
Uitlaatfilters scheiden de olie van het afgevoerde gas.
2.2
Reglementair gebruik
In geval van voorzienbaar misbruik buiten het reglementaire gebruik van de machine.
Risico op letsel!
Risico op schade aan de machine!
Risico op schade aan de omgeving!
● Zorg ervoor dat u alle instructies in deze handleiding naleeft.
De machine is bedoeld voor het aanzuigen van lucht en andere droge, niet-agressieve, niet-toxische,
niet-ontvlambare en niet-explosieve gassen.
Overbrengen van andere media leidt tot een verhoogde thermische en/of mechanische belasting
van de machine en is alleen toegestaan na overleg met Busch.
De machine is bedoeld voor plaatsing in een omgeving die niet potentieel explosief is.
De machine is ontworpen voor binneninstallaties. Neem voor buiteninstallaties contact op met uw
Busch-vertegenwoordiger voor speciale voorzorgsmaatregelen.
De machine is in staat om de einddruk te behouden, zie Technische gegevens [➔ 32].
Uitvoering met vlotter (standaard):
Uitvoering met olieterugloopventiel:
Instruction Manual R5 RA 0025-0100 F_NL_nl
WAARSCHUWING
De machine is geschikt voor continu bedrijf.
Tijdens bedrijf hoopt olie zich op de bodem van de bovenste kamer van de olieafscheider op.
De olie kan niet teruglopen naar de onderste kamer zolang de machine draait. Na 10 h con-
tinu gebruik nabij de einddruk, bij gebruik in grofvacuüm na een kortere periode:
● De machine moet voor minstens 15 min worden uitgeschakeld.
De olie kan vanaf de bovenste kamer van de olieafscheider terug naar de onderste ka-
➔
mer lopen.
Productomschrijving | 2
5 | 40