Installatie en Onderhoud
Pas de magneets orientatie aan zoals aangegeven in fuguur 43 en
44 en draai de schroeven aan om de magneet in positie vast te
zetten. Tussen de magneet en de klepstandsteller moet een
afstand zijn van 5 tot 14 mm.
Zie figuur 43 voor een motor met een klokwijzersrotatie.
Zie figuur 44 voor een motor met een tegenklokwijzersrotatie.
Op deze manier zal de magneets beweging altijd opgedeeld
worden in de sector tussen de richting C en D wat de operatie
oppervlak van de Hall sensor beperkt.
Fig. 43 zicht van de onderkant van de klepstandsteller –
magneet orientatie voor wijzerszin.
Fig. 44 zicht van de onderzijde van de klepstandsteller – mag-
neet orientatie voor tegenwijzersin.
Perslucht toevoer en connecties
Waarschuwing: de voedingsperslucht mag de maximale perslucht
druk van de motor niet overschrijden (Figuur 45).
De toevoerperslucht dient olie en stof vrij te zijn volgens IEC60770
en tussen 1,4 bar g minimaal en 6 bar g maximaal te zijn. De pers-
lucht hoofdtoevoer kan sporen bevatten van stof, roest, water en
olie en andere onzuiverheden die de binnenkant van de klepstand-
steller kunnen vervuilen. Het is daardoor aangewezen dat een filter
/ regelaar gemonteerd wordt in de voedingsleiding naar de klep-
standsteller. De filter / regelaar dient een koolstoffilter te hebben of
geschikte perluchtleidingen te hebben.
Fig. 45
IM-P343-35 / CTLS-BEn-05
¼" NPT per-
slucht
signaal naar
motor
¼" NPT per-
slucht
(voeding)
SP500
- 9 / 20 -