Installatie en Onderhoud
Bevestig de beschermingsplaat aan de achterzijde van de SP500
klepstandsteller behuizing en bevestigingsplaat (Figuur 31 en 32).
Fig. 31
Bevestig de klepstandssteller plaat aan de klepstandsteller zoals
aangegeven in Figuren 33 en 34.
Beschermplaat
Fig. 33
Gemonteerd
Fig. 34
Pas de verticale positie van de SP500 klepstandsteller aan door
deze op en neer te bewegen op de pilaar motor. Zorg er voor dat
de klepstandsteller ongeveer gecentreerd is op de motor / klep
koers (Figuur 30).
Dit is geen vereiste. Zoals weer gegeven is in figuur 35, de enige
noodzakelijke conditie voor een correcte werking, is dat de koers
van de magneet (Afmeting B) binnen het bereik van de sensor ligt
(Afmeting A). de verticale afmetingen zijn weergegeven op de
klepstandsteller.
SP500 klepstandsteller
Fig. 35
IM-P343-35 / CTLS-BEn-05
Beschermplaat
Gemonteerd
Fig. 32
Bevestig de
montage plaat
Wanneer de SP500 klepstandsteller en montageplaat assemblage
correct geposisioneerd is, draai dan de inbusschroeven vast (5) op
het juk gemonteerde motor (Figuur 33) tot 10 – 12 Nm en draai de
'U'bout moeren (6) op de pilaar gemonteerde motor (Figuur 36)
vast to 10 – 12 Nm.
Fig. 36
Volgorde voor het monteren van een SP500 aan een rotatie
motor.
Samenbouw voor een SP500 op een ¼ draai klep.
Fig. 37
Fig. 38
SP500
Fig. 39
- 7 / 20 -