Gebruiksaanwijzing Inhoudsopgave Introductie ..................................................3 Garantie ..................................................3 Doelmatig gebruik ..............................................3 Veiligheidsinstructies ..............................................4 Productoverzicht en afmetingen ...........................................6 Montage ..................................................7 Elektrische aansluiting...............................................8 Noodhandbediening .............................................. 11 Bedieningselementen ............................................13 Algemene bedieningsinstructies voor de parameterinstelling .............................. 13 Resetten van de besturing ............................................ 14 Selectie van het aandrijftype ..........................................15 Controle van de looprichting ..........................................
Neem bij de installatie en bij de instelling van de appparatuur deze bediening- en montagehandleiding in acht. Garantie Seculux NV is van de garantieverlening en de productaansprakelijkheid bevrijd, wanneer zonder onze voorafgaande toestemming eigen bouwkundige constructie wijzigingen zijn aangebracht en/of onvakkundige installaties worden doorgevoerd of in opdracht worden gegeven, die in strijd zijn met deze handleiding.
Gebruiksaanwijzing Veiligheidsinstructies De volgende veiligheidsinstructies en waarschuwingen dienen ter voorkoming van gevaren en ter vermijding van persoonlijke en materiële schade. Bewaar deze handleiding. Wijst op een mogelijk gevaarlijke situatie. Als deze niet wordt vermeden, dan Voorzichtig kunnen verwondingen het gevolg zijn. Wijst op een mogelijk gevaarlijke situatie.
Pagina 5
densatoren van de gelijkrichtschakeling. De ontlaadtijd tot op een spanningswaarde van minder dan 60 VDC bedraagt maximaal 5 minuten. Het tijdens deze ontlaadperiode aanraken van onderdelen binnen in de besturing is gevaarlijk. • Bij defecte DC/DC-omzetter kan de ontlaadtijd van de condensatoren van de gelijkrichtschakeling tot een span- ningswaarde van minder dan 60 VDC aanzienlijk langer worden.
Gebruiksaanwijzing Productoverzicht en afmetingen Alle afmetingen in mm. Opsteekaandrijving met handslinger (DZM) Opsteekaandrijving met haalketting (DTM) Opsteekaandrijving met ontkoppelingsmechanisme (DSM) Boorsjabloon Voor as Ø 25 mm Voor as Ø 30 mm Voor as Ø 25,4 mm Besturing TST FUS T = 120...
Montage Montage aandrijving Opgelet De opsteekaandrijving moet op een console of stevige draaimomentsteun worden gemonteerd welke voorzien trillingdempers.Bij indirect aangedreven poortinstallaties overigens zonder trillingsdem- pers. Het maximale aanhaalmoment van de bevestigingsbouten M8 voor de bevestiging van de aandrij- ving mag niet hoger zijn dan 25 Nm bij een draaddiepte van 10 mm. Wordt hier niet aan voldaan dan kan het product of iets in zijn omgeving beschadigd raken.
Gebruiksaanwijzing Elektrische aansluiting Voorzichtig elektrische aansluiting uitsluitend worden uitgevoerd door gespecialiseerde elektrotechni- cus! Raadpleeg de technische gegevens van de te gebruiken besturing en de van kracht zijnde EN-nor- men! Bij alle aansluitwerkzaamheden moet de poortinstallatie door het verwijderen van de CEE-steker/ uitschakelen van de hoofdschakelaar veilig van het net worden gescheiden.
Aansluiting van de aandrijving op de besturing Voor het aansluiten van de opsteekaandrijving op de besturing gebruikt u alleen originele door de fabrikant toegelaten besturing-en motorkabels. gn/ge Afscherming van de motorkabel Elektrische aansluitingen: AMP-steker 1 - Beveiligingscircuit ingang 2 - RS485 B gr br zw 3 - GND gn/ge...
Gebruiksaanwijzing Aansluiten van de aandrijving Openen van de eindafschakeling Zo nodig de schroeven uit de gele grendels verwijderen en onderstaand aangegeven stappen 1. - 4. uitvoeren. De stuur- en motorkabels worden aan de kant van de aandrijving met een steker aangesloten. Opdat de trekontlasting en de beschermingsklasse bij de aandrijving gewaarborgd zijn, mogen de schroefbevestigingen niet worden losgemaakt.
Noodhandbediening Met behulp van de noodhandbediening kan de poort bij stroomuitval worden geopend of gesloten. Opgelet Om de noodhandbediening te gebruiken moet de poortinstallatie losgekoppeld worden van het net. Noodhandbediening (DZM) mag alleen bij stilstaande motor door middel van een handslinger en alleen door geïnstrueerd personeel gebeuren. De poort mag niet over de eindposities heen worden verplaatst.
Gebruiksaanwijzing Verbinden van de kettinguiteinden Voordat u met de kettingsluiting de kettinguiteinden met elkaar verbindt moet u erop letten dat de ketting niet een slag verdraaid wordt gemonteerd. De kettingsluiting moet zorgvuldig worden samengebogen. Bediening Door aan een kant van de ketting te trekken kan de poort handmatig worden geopend of gesloten.
Bedieningselementen Toets Door de toets OMHOOG in te drukken gaat de poort open. Bij het bereiken van de bovenste eindpositie of bij activering van een veiligheidsfunctie stopt de poort automatisch. Wordt de toets OMHOOG ingedrukt terwijl de poort aan het sluiten is, dan stopt de poortbeweging en loopt deze na een korte vertragingstijd naar de bovenste eindpositie.
Gebruiksaanwijzing Parameterselectie Gewenste parameter selecteren. De parameterwaarde kan wor- L E T O P: OMHOOG den bekeken of gewijzigd (zie Niet alle parameters zijn direct te hieronder). zien c.q. te wijzigen, afhankelijk DICHT Weergave varieert met de se- van het geselecteerde bedie- lectie.
Selectie van het aandrijftype Breng de poort met behulp van de noodhandbediening in half geopende stand. Steek de CEE-steker in de CEE-contactdoos of schakel de hoofdschakelaar van de besturing in. Automatisch oproepen van de basisgegevens Is de TST FUS poortbesturing nog niet door de fabrikant van de poort vooringesteld dan worden de volgende parameters voor het aandrijftype automatisch opgevraagd: Opmerking Omdat de TST FUS poortbesturing de parameters automatisch kan opvragen moet DIP-schakelaar S200 in...
Gebruiksaanwijzing Controle van de looprichting Na de basisinstelling bevindt de besturing zich in de EICH-modus (dodemansbedrijf ) en in het display verschijnt de melding “EICH”. De draairichting van de aandrijving is afhankelijk van de besturing en moet eerst worden gecontroleerd. Ga als volgt te werk: •...
Instellen van de poorteindposities Voorzichtig Na iedere wijziging van de poorteindposities moet u de fi jnafstellingsprocedure en de controle van de vooreindschakelaar uitvoeren. Opmerking Zijn eindposities vantevoren geprogrammeerd moet programmeren eindposities opnieuw worden uitgevoerd. Stel daartoe de volgende parameters in: P.210: 5 = opnieuw programmeren van alle eindposities De aandrijving is uitgerust met een Singleturn-absolutewaarden-draaidetector via welke de besturing de poorteindposities her- kent.
Gebruiksaanwijzing Instellen van het aanloop-en afremtraject en de poortsnelheid Voorzichtig Na iedere wijziging van de snelheid van de poort of het aanloop- en afremtraject moet u de fi jnafstellings- procedure van de eindposities en de controle van de vooreindschakelaar uitvoeren. Instellen van aanloop- en afremtraject Opmerking Door het wijzigen van de trajecten (P.39F) worden de frequenties voor voor omhoog en omlaag bewegen...
Poorten vanaf 4 m hoogte (aanbeveling) Instellen van de poortpaneelsnelheid P.310: 20 - 100 Hz = Frequentievoorinstelling voor de snelheid omhoog P.350: 20 - 100 Hz = Frequentievoorinstelling voor de snelheid omlaag P.365: 20 - 100 Hz = Frequentievoorinstelling voor 2. snelheid omlaag bij poorten vanaf 4 m hoogte Opmerking Verhoog de frequentievoorinstelling in kleine stapjes (max.
Pagina 20
Gebruiksaanwijzing Poortsnelheid voor diverse kabeltrommeldiameters (ST- ) Frequentie van de motorbesturing [Hz] Poortsnelheid voor diverse kabeltrommeldiameters (ST- ) Frequentie van de motorbesturing [Hz]...
Fijnafstelling van de eindposities en controle van de vooreindschakelaars Opmerking Door het vergroten van de waarde verschuift het betreff ende schakelpunt naar boven. Door het verkleinen van de waarde verschuift het betreff ende schakelpunt naar beneden. Fijnafstelling van de eindposities P.231: -125 tot +125 incrementen = correctiewaarde voor de eindpositie boven P.221: -125 tot +125 incrementen = correctiewaarde voor de eindpositie beneden Controle van de vooreindschakelaar voor de functieafschakeling van de sluitkantbeveiliging...
Gebruiksaanwijzing Voorzichtig! toepassing pneumatische sluitkantbeveiliging moet parameter P.460 beslist waarde 3 of 4 staan aangezien de werking van de pneumatische sluitkantbeveiliging anders niet goed kan wor- den gecontroleerd. In de staat waarin ze worden afgeleverd, kunnen veiligheidsvoorzieningen overbrugd zijn. Controleer voorafgaand aan de ingebruikstelling of er geen niet toegelaten overbruggingen aanwezig zijn. Para- meter P.460 mag niet op de waarde 0 staan omdat de sluitkantbeveiliging hiermede buiten werking is gesteld.
Automatisch sluiten Op de klemmen 54 en 55 kan een schakelaar voor het deactiveren van de functie “Automatisch sluiten” worden aange- sloten. Is automatisch sluiten ingeschakeld (schakelaar geopend) dan wordt de poort zelfstandig gesloten door de besturing in de bovenste eindpositie na het afl open van openhoudtijd 1 van 10 s (P.010: 0 - 200 s) en in de deelopeningspositie na afl oop van openhoudtijd 3 van 10 s (P.011: 0 - 200 s).
Gebruiksaanwijzing Montage en werking van de radio-ontvanger De TST FUS besturing kan met een 1-kanalige radiografi sche afstandsbediening worden uitgerust. Is deze meebesteld met de besturing, dan is de radio-ontvanger reeds geïnstalleerd in de besturing. Lees in dit geval verder vanaf de paragraaf Programmeren kanaal 1 “Functie”.
Montage en werking van de inductielussensor De TST SUVEK1 inductielussensor (1 kanaaI is een systeem voor het inductief herkennen van voertuigen. De TST FUS besturing kan met een 1-kanalige inductielus- sensor worden uitgerust. Is deze meebesteld met de be- LED groen kanaal 1 LED rood kanaal 1 sturing, dan is de inductielussensor reeds geïnstalleerd in TST SUVEK1...
Gebruiksaanwijzing Parameteroverzicht Bedieningsniveau 0 (P.999: 0; DIP-schakelaar S200 op OFF). De parameters van bedieningsniveau 0 zijn zichtbaar. Bedieningsniveau 1 (P.999: 1; DIP-schakelaar S200 op ON). De parameters van bedieningsniveau 0 en 1 zijn zichtbaar. Bedieningsniveau 2 (P.999: 2; DIP-schakelaar S200 op ON). De parameters van bedieningsniveau 0,1 en 2 zijn zichtbaar. [Eenheid] vanaf Beschrijving...
Pagina 27
[Eenheid] vanaf Beschrijving instelbereik fabriek [Hz] Frequentie voor 2e snelheid omlaag bewegen in relatie tot P.226 20..100 Aanloop- en afremtrajectprofi elen 0: medium/langzame acceleratie van de poort 0..3 1: langzame acceleratie van de poort (grote zware poort) 2: medium acceleratie van de poort 3: snelle acceleratie van de poort (kleine lichte poort) Omkeertijd bij activering van de sluitkantbeveiliging [10 ms]...
Gebruiksaanwijzing [sec] Looptijd van de aandrijving tijdens de laatste beweging. 0..120,0 Netingangsspanning Bedrijfsmodus 0: automatisch (omhoog en omlaag in zelfvergrendeling) 1: dodemanssluiting (handbediening omlaag / automatisch omhoog) 0..3 2: dodemans (handmatig bedrijf voor omhoog- en omlaagbeweging) 3: Noodbeweging (dodemans omhoog- en omlaagbeweging, alle fouten en beveilig- ingen worden genegeerd) 0..1 Resetten en bedrijfsinstelling...
Pagina 29
• Geen schakelimpuls van de sluitkantbeveiliging in de onderste eindposi- Geen schakelimpuls van de sluit- tie - testen mislukt F.364 kantbeveiliging in de onderste Zo nodig DW-contact nastellen eindpositie - testen mislukt. Zo nodig vooreindschakelaar voor de sluitkantbeveiliging corrigeren (P.440) Zo nodig het afschakelpunt in de onderste eindpositie corrigeren (P.221) Redundantiefout onderbre-...
Gebruiksaanwijzing • Netingangsspanning te laag Te lage spanning gelijkrichtscha- • F.521 Te hoge belasting van de aandrijving keling • Storing van de eindtrap of de rem-choppers (TST FUS-C) • Overbelasting maar geen kortsluiting 24 V voeding ontbreekt of is te •...
Pagina 31
Informatiemeldingen Statusmeldingen tijdens het bedienen van de poort. STOP Stop / Resetstatus, wachten op het volgende inkomende commando _Eu_ Eindpositie onder Eu ≡Eu≡ Eindpositie onder vergrendeld → omhoog bewegen niet mogelijk (bijvoorbeeld bij een sluis) ZUF@ beweging omlaag actief - Eo - Eindpositie boven Eo ≡Eo≡...
Pagina 32
Gebruiksaanwijzing Informatiemeldingen tijdens het instellen van de parameters noEr Log: geen fout opgeslagen) Er-- Log: in geval van fout, maar geen bijbehorende melding gevonden Prog Programmeermelding tijdens uitvoeren van originele parameters of default-record Ingangsmeldingen Algemene ingangen E.000 Toets omhoog folietoetsenbord E.050 Stoptoets folietoetsenbord Toets omlaag folietoetsenbord...
Gebruiksaanwijzing Onderhoud Periodiek moet de aandrijving op het volgende worden gecontroleerd: 1. Bevestigingen: Alle bevestigingsbouten nalopen of ze nog goed vastzitten en in goede staat verkeren. 2. Veiligheidsschakelaar: Controleer of veiligheidsschakelaar S3F nog goed functioneert. ga als volgt te werk: Koppel de poortinstallatie los van het net.
Gebruiksaanwijzing Technische gegevens besturing Type TST FUS Afmetingen behuizing (bxhxd): 180 x 320 x 120 mm 230 V AC ±10%, 50...60 Hz Voedingsspanning via L, N, PE: toegestaan bereik: 180...240 V ± 10% / 50...60 Hz Zekering 16 A K-karakteristiek Eigen opgenomen vermogen van de bestu- max.
Pagina 39
Richtlijnen Normen EMC-richtliijn: 89/336/EWG EN 50081-1 / 03.93: Elektromagnetische straling, woongebieden gewijzigd door: 91/263/EWG EN 50081-2 / 03.93: Elektromagnetische straling, industriegebieden 92/031/EWG EN 61000-6-2 / 2001: Ongevoeligheid voor elektromagnetische storingen, 93/068/EWG industriegebieden Laagspanningsrichtlijnen: 73/336/EWG EN 60335-1 / 2003: Veiligheid huishoudelijke en soortgelijke elektrische gewijzigd door: 93/068/EWG toestellen / deel 1 EN12453 / 2001:...