10 Verzorging en onderhoud
10
Verzorging en onderhoud
10.1
Binnen- en buitenreiniging
Gebruik bij regelmatig gebruik van programma's met een lage temperatuur (lager
dan 55 °C), zoals het Eco-programma, tussendoor het programma machineonder-
houd.
Binnenruimte reinigen
Bij de juiste afwasmiddeldosering reinigt de binnenruimte zichzelf.
Periodiek verschijnt de melding om het programma machineonderhoud te selecteren:
▸ De melding kan worden geannuleerd met
ding opnieuw periodiek weergegeven.
Programma machineonderhoud starten
▸ Annuleer de melding met
▸ Ruim het toestel uit (geen vaatwerk in de korven).
▸ Reinig het zeefsysteem.
▸ Voeg in de handel verkrijgbare machineonderhouds-/reinigingsmiddelen volgens de
instructies van de verpakking toe.
▸ Start het programma machineonderhoud
Regelmatig gebruik van een in de handel verkrijgbaar machineonderhouds-/reini-
gingsmiddel voor vaatwasmachines zorgt voor een probleemloos afwasresultaat
en een lange levensduur van het toestel.
Buitenkant reinigen
▸ Gebruik geen schurende of sterk zure reinigingsmiddelen.
▸ Gebruik geen krassende schuursponsjes, staalwol etc. voor het reinigen. Anders raakt
het oppervlak beschadigd.
▸ Verwijder vuil of resten van reinigingsmiddelen onmiddellijk. Gebruik alleen een hand-
afwasmiddel of glasreiniger.
▸ Reinig het oppervlak alleen met een zachte, vochtige doek – bij metalen oppervlakken
in slijprichting.
▸ Reinig het bedieningspaneel met een vochtige doek en droog het daarna af. Gebruik
alleen een handafwasmiddel of glasreiniger.
▸ Reinig de deurpakking en zijkanten periodiek met een zachte, vochtige doek.
58
Tijdig programma
Toestel uitruimen, machinereiniger toevoegen
.
starten
. Na drie keer annuleren wordt de mel-
.