1
Camera (op bepaalde modellen)
Gebruik de camera om foto's te maken en videovergaderingen te houden. Meer informatie vindt u in 'De
camera gebruiken' op pagina 32.
2
Microfoons
Met de microfoons kunt u geluiden en spraak vastleggen met een softwareprogramma voor audio.
3
Aan/uit-knop
Druk op de aan/uit-knop om de computer in te schakelen of om de computer in slaapstand te zetten. Zie
'Veelgestelde vragen' op pagina 15 voor informatie over het uitschakelen van de computer.
Als de computer helemaal niet reageert, kunt u de computer uitzetten door de aan/uit-knop vier of meer
seconden ingedrukt te houden. Als de computer niet kan worden uitgeschakeld, raadpleegt u 'De computer
reageert niet meer' op pagina 87 voor meer informatie.
U kunt ook bepalen wat de aan/uit-knop doet. Als u bijvoorbeeld op de aan/uit-knop drukt, kunt u de
computer uitschakelen of in de slaap- of de sluimerstand zetten. Voer de volgende stappen uit om het
gedrag van de aan/uit-knop te wijzigen:
1. Ga naar het Configuratiescherm en wijzig de weergave hiervan van Categorie in Grote pictogrammen of
Kleine pictogrammen.
2. Klik op Energiebeheer ➙ Het gedrag van de aan/uit-knoppen bepalen.
3. Volg de aanwijzingen op het scherm.
4
Vingerafdruklezer (beschikbaar op bepaalde modellen)
Vingerafdrukverificatie zorgt voor een eenvoudige en veilige toegang tot het systeem door uw vingerafdruk
aan uw wachtwoorden te koppelen. Meer informatie vindt u in 'De vingerafdruklezer gebruiken' op pagina 57.
5
Trackpad
7
TrackPoint-aanwijsknopje
8
TrackPoint-knoppen
Op het toetsenbord vindt u het ThinkPad
in één moeite uitgevoerd, terwijl uw handen gewoon in de typpositie blijven. Meer informatie vindt u in
'ThinkPad-aanwijsapparaat' op pagina 18.
6
Geheugenkaartsleuf
Uw computer is uitgerust met een geheugenkaartsleuf. Steek een Flash Media-kaart in geheugenkaartsleuf
om de gegevens op de kaart te lezen. Meer informatie vindt u in 'Een flash-mediakaart of een smartcard
gebruiken' op pagina 33.
Rechterkant
Figuur 2. Rechterkant
2
ThinkPad L460 Gebruikershandleiding
®
-aanwijsapparaat. Aanwijzen, selecteren en slepen worden