Menu BEELD
Submenu
Beeldmodus
Gebruikermod.
beheer
Functies en beschrijvingen
Selecteert een vooraf ingestelde beeldmodus die past bij uw gebruiksomgeving en
het type ingangssignaalbeeld.
Hieronder vindt u een overzicht van de vooraf ingestelde beeldmodi:
•
Helderheid: Maximaliseert de helderheid van het geprojecteerde beeld.
Deze modus is geschikt voor omgevingen waar een uiterst hoge helderheid is
vereist, zoals het gebruik van de projector in een goed verlichte kamer.
•
Levendig: Met goed verzadigde kleuren, een goed afgestemde scherpte en
een hoger helderheidsniveau, is de modus Levendig perfect om films in een
woonkamer te bekijken waar enig omgevingslicht voorkomt.
•
THX: Vult de wereldwijde HDTV-standaard aan met nauwkeurige kleuren en
het grootste contrast bij lagere helderheidsniveaus, de modus THX is geschikt
voor het bekijken van films in een volledig duistere omgeving als in een
bioscoop. Om gemakkelijk te genieten van de bioscoopkleur die is opgehaald
uit de standaard REC. 709, raden we aan om alle mogelijke lichtbronnen af te
schermen behalve de projector (zoals lampen, computerschermen of licht dat
door gordijnen binnenkomt) en een standaardformaat 1080p-beeldbron te
gebruiken zoals een Blu-ray disc voor de beste kijkervaring in deze modus.
•
Spel: geschikt voor het spelen van videogames in een helder verlichte kamer.
•
3D: geoptimaliseerd om 3D-effecten weer te geven bij het kijken naar 3D-
materiaal.
Deze modus is alleen beschikbaar wanneer 3D is ingeschakeld.
•
Gebruiker 1/Gebruiker 2: Haalt de aangepaste instellingen terug. open het
OSD-menu BEELD en raadpleeg Gebruikermod.beheer voor details.
De functie is toegankelijk via de afstandsbediening.
De functies zijn alleen beschikbaar wanneer de Beeldmodus is ingesteld op
Gebruiker 1 of Gebruiker 2.
•
Inst. laden vanaf
Hiermee kunt u een vooraf ingestelde beeldmodus handmatig aanpassen en er een
beschikbare optie van maken in de lijst van de beeldmodus.
1. Ga naar het menu BEELD > Beeldmodus, selecteer Gebruiker 1 of
Gebruiker 2.
2. Druk op ▼ om Gebruikermod.beheer te selecteren.
3. Selecteer in het venster Gebruikermod.beheer de optie Inst. laden vanaf
en druk op OK.
4. Druk op▼ om een beeldmodus te kiezen die uw eisen het dichtst benadert.
5. Druk op OK en BACK wanneer u klaar bent om terug te keren naar het
menu BEELD.
6. Druk op ▼ om andere submenu's die u wilt wijzigen, te selecteren en gebruik
◄/► om de waarden aan te passen. De aanpassingen definiëren de
geselecteerde gebruikersmodus.
•
Gebr.mod.naam wz
Selecteert om de aangepaste beeldmodi te hernoemen (Gebruiker 1 of
Gebruiker 2).
1. Ga naar het menu BEELD > Beeldmodus, selecteer Gebruiker 1 of
Gebruiker 2.
2. Druk op ▼ om Gebruikermod.beheer te selecteren.
3. Selecteer in het venster Gebruikermod.beheer de optie
Gebr.mod.naam wz en druk op OK.
4. In het venster Gebr.mod.naam wz gebruikt u ▲/▼/◄/► om de gewenste
tekens voor de geselecteerde modus te kiezen.
5. Wanneer u klaar bent, drukt u op OK en BACK om af te sluiten.
Bediening
39