Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

De Printer Aansluiten; Usb; Ethernet-Netwerk - Brady BradyJet J7300 Gebruikershandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

De printer aansluiten

USB

Maak verbinding met de labelsoftware via de bijgeleverde USB-kabel.
Sluit de meegeleverde USB-kabel aan op de printer en de computer. Brady Workstation software
detecteert de printer automatisch wanneer deze via een USB-kabel is aangesloten.
Opmerking: Als u geen Brady Workstation software gebruikt, moet u het printerstuurprogramma

Ethernet-netwerk

In dit gedeelte wordt beschreven hoe de printer moeten worden ingesteld om via een ethernetverbinding
(TCP/IP) te communiceren. Hiermee kunnen meerdere computers labelbestanden naar de printer sturen.
Als u een Windows-stuurprogramma gebruikt, kunt u het beste de ethernetverbinding configureren
voordat u het stuurprogramma installeert. Als het stuurprogramma al is geïnstalleerd voordat de
ethernetverbinding wordt geconfigureerd, moet u mogelijk de poortinstellingen voor de printer in
Windows bewerken om het IP-adres bij te werken.
Netwerkinstellingen op de printer configureren:
1. De printer moet zijn ingeschakeld.
2. Sluit een ethernetkabel (niet bijgeleverd) aan op de achterkant van de printer en het andere
uiteinde op de ethernetpoort van de computer of LAN (Local Area Network).
3. (optioneel) Maak een naam aan voor de printer via Instellingen > Verbinding > Printernaam.
De standaardnaam is J7300.
4. Vink voor de IP-instellingen het selectievakje DHCP of Statisch aan.
5. Als u hebt gekozen voor een statische adressering, sluit u de printer aan met de USB-kabel en
vult u de volgende velden in:
Uw wijzigingen worden automatisch opgeslagen nadat de waarden zijn ingesteld. Als u klaar
bent, klikt u op het startpictogram of navigeert u naar een andere pagina.
BradyJet™ J7300 Gebruikershandleiding
installeren. Zie
Het printerstuurprogramma installeren op pagina
Printerinstallaties met een hostnaam presteren het best met een dynamisch toegewezen
IP-adres.
DHCP-adressering gebruikt een DNS-server om dynamisch een IP-adres toe te wijzen
zonder gebruikersconfiguratie.
Voor statische adressering moet u het IP-adres van de printer opgeven.
IP-adres: voer het IP-adres van de printer in.
Subnetmasker: voer een subnetmasker in als u dit gebruikt.
Standaardgateway: voer het IP-adres van de standaardgateway in.
DNS-server (primair): voer het IP-adres van de primaire DNS-server in.
DNS-server (secundair): voer het IP-adres van de secundaire DNS-server in.
Configuratie
De printer aansluiten
13.
10

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave