8 Trek de handgreep naar buiten toe. Haak de handgreep in
het luchtfilterdeksel vast en sluit het deksel door het naar
binnen te drukken.
Controleren van het luchtfilter van
de brandstofpomp
Controleer regelmatig of het luchtfilter van de brandstofpomp
vrij is van vuil.
Het filter kan indien nodig worden gereinigd met een penseel.
Controleren van het zuurniveau van
de accu
Controleer of het zuurniveau van de accu tussen de
markeringen ligt. Bij bijvullen mag alleen gedestilleerd water
worden gedaan in de cellen.
WAARSCHUWING! Maatregelen bij contact
!
met het zuur
Uitwendig: Spoel rijkelijk met water.
Inwendig: Drink grote hoeveelheden water of
melk. Ga zo snel mogelijk naar een arts.
Ogen: Spoel rijkelijk met water. Ga zo snel
mogelijk naar een arts.
De accu geeft een explosief gas af. Vonken,
vlammen en sigaretten mogen absoluut niet
in de buurt van de accu komen.
Onderhoud
Ontstekingssysteem
De motor is voorzien van een elektronische ontsteking. Alleen
de bougie heeft onderhoud nodig.
Aanbevolen bougie, zie Technische Gegevens.
BELANGRIJKE INFORMATIE Een verkeerd type bougie
kan de motor beschadigen.
Vervangen van bougie
1 Trek de bougiedop los en maak het rond de bougie
schoon.
2 Verwijder de bougie met een 5/8" (16 mm) bougiesleutel.
Controleer de bougie. Vervang de bougie wanneer de
elektroden rondom verbrand zijn of wanneer de isolator
gescheurd of beschadigd is. Maak de bougie schoon met een
staalborstel als die moet worden gebruikt.
3 Meet de elektrodenafstand met een voelermaat. De
afstand moet 0,75 mm / 0,030" zijn. Stel de afstand indien
nodig af door de massaelektrode te buigen.
4 Schroef de bougie met de hand terug om te voorkomen
dat het schroefdraad beschadigd raakt.
BELANGRIJKE INFORMATIE
Een bougie, die niet goed is aangedraaid, kan
oververhitting veroorzaken en de motor beschadigen. Een
bougie, die te hard is aangedraaid, kan de schroefdraad in
de cilinderkop beschadigen.
5 Draai de bougie, als deze tegen de zitting aanligt, met een
bougiesleutel vast.
Draai de bougie zo vast dat de ring wordt samengedrukt.
Een oude, opnieuw gebruikte bougie moet 1/8 slag
aangedraaid worden vanaf het aanligpunt. Een nieuwe
bougie moet 1/4 slag aangedraaid worden vanaf het
aanligpunt.
6 Zet de bougiedop terug.
BELANGRIJKE INFORMATIE
Laat de motor niet rond met een verwijderde bougie of
losgemaakte ontstekingskabel.
– 23
Dutch