Inhoudsopgave
Advertenties
Beschikbare talen
Beschikbare talen
COMMUNICATIEBUSNETWERK
De bedrading van het busnet (transmissielijn) moet zodanig worden
gelegd dat elektromagnetische interferentie wordt voorkomen.
LET OP
Transmissie- en voedingskabels mogen niet in dezelfde kabelgoot
lopen.
Hanteer volgende regels bij de bedrading:
Combinaties van binnen- en buitendeel moeten overeen-
stemmen voor zowel koeltechnische als elektrische
aansluitingen.
Gebruik het "in en uit" type aansluiting, zelfs als de lijnen
werken met parallelle aansluiting.
In geval van aansluiting op een overkoepelende besturing
(centrale bediening) is een transmissielijn vereist tussen elke
externe lijn.
Sluit de voedingskabels niet aan op de klemmenstrook van
het busnetwerk.
Maak geen verbindingen maar soldeer alleen met een
krimpkous. Respecteer de lengtes aangegeven in de
technische handleidingen.
Aansluitdozen zijn niet toegestaan.
Adresseer de componenten van het systeem correct.
De gebruikte kabel moet van een type zijn dat geschikt is voor
datatransmissie met RS 485. Indien niet geschikt voor
dergelijk gebruik kan het storingen en moeilijkheden bij de
overdracht van gegevens veroorzaken.
De isolatie- en spanningskarakteristieken van de kabel
moeten in overeenstemming zijn met de geldende elektrische
voorschriften.
De isolatie van de kabel moet vlam- of brandvertragende
eigenschappen hebben, overeenkomstig de elektrische
referentienormen voor het gebruikte type systeem.
De kabel moet vakkundig en volgens de normen worden
gelegd.
De kabel moet gescheiden van andere kabels worden gelegd,
in het bijzonder van stroomkabels of van kabels met
verschillende spanningen.
De kabel moet uit de buurt worden gelegd van kabels of
apparaten
die
elektromagnetische
veroorzaken.
De seriële lijn RS485 moet altijd de "Bus in-out" topologie
hebben. Andere topologieën zijn niet toegestaan (ster- of
ringtype enz.).
De seriële lijn moet worden aangelegd door personeel dat is
opgeleid
en
ervaring
datacommunicatienetwerken.
storingen
kunnen
heeft
met
het
opzetten
Aansluiten afscherming
Gebruik voor het busnetwerk 3-polige afgeschermde kabels
met sectie 0,75mm
kan leiden tot storingen of defecten.
De afscherming van de buskabel voor seriële communicatie
moet worden aangesloten op een storingsvrije aarding.
De afscherming mag slechts op één punt worden geaard.
De continuïteit van de afscherming moet over de gehele
lengte van de buskabel zijn gewaarborgd.
Deze voorschriften zijn in het algemeen geldig.
In sommige gebieden die worden gekenmerkt door de aanwezigheid
van bepaalde soorten EMI-koppeling, kan een ander type aansluiting
van de afscherming vereist zijn.
Zorg ervoor dat de gevlochten draden van de kabels niet in contact
komen met punten onder spanning.
Gebruik speciale kabelschoenen.
van
2
. Het gebruik van andere soorten kabels
WAARSCHUWING
LET OP
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
Probleemoplossen
