Inhoudsopgave
Advertenties
BEDIENINGS- EN MONTAGEHANDLEIDING VENTECH-SYSTEEM PKOM
2 – HUIDIGE WERKINGSMODUS
(WEERGAVE : HUIDIGE WERKINGSMO-
DUS)
3 – VENTILATIESTANDEN
(WEERGAVE : HUIDIGE VENTILATIE-
STAND)
4
Door te klikken op het icoon
kan er voor een andere wer-
kingsmodus worden gekozen.
De werkingsmodi zijn :
• Aus: Het toestel is uitgeschakeld.
• Automatik : automatische omschakeling
tussen winter- en zomerwerking.
De aangezogen verse lucht (buitenlucht)
wordt gedurende 24 uur constant geme-
ten. Ligt de temperatuur onder de ver-
warmingsgrenstemperatuur, dan wordt
er naar de wintermodus overgeschakeld.
Is de toevoerlucht warmer, dan wordt de
zomermodus geactiveerd.
Zomermodus :
in deze bedrijfsmodus wordt de
warmtepomp voor verwarming niet
ingeschakeld (uitgezonderd voor vorst-
bescherming). Actieve koeling via de
warmtepomp kan optioneel worden vrij-
gegeven of geblokkeerd. Het verwarmen
van het tapwater (warmwater) gebeurt
via de warmtepomp.
Wintermodus :
in deze bedrijfsmodus zorgt, afhankelijk
van de behoefte, de warmtepomp voor
verwarming. Het koelbedrijf is hierbij
geblokkeerd. Het verwarmen van het
tapwater (warmwater) gebeurt via de
warmtepomp.
Door te klikken op het icoon
kan er voor een andere ventila-
tiestand worden gekozen.
Automatisch :
het ventilatiesysteem volgt de in het tijd-
programma ingestelde standen.
Ventilatiestand 1 :
het ventilatiesysteem blijft in ventilatie-
stand 1.
Ventilatiestand 2 :
het ventilatiesysteem blijft in ventilatie-
stand 2.
Ventilatiestand 3 :
het ventilatiesysteem blijft in ventilatie-
stand 3.
Ventilatiestand 4 :
het ventilatiesysteem blijft in ventilatie-
stand 4.
PAGINA 18
Vakantiemodus :
in deze bedrijfsmodus zorgt de warmte-
pomp voor verwarming. Het koelbedrijf
is hierbij geblokkeerd. Ook het warmwa-
terbedrijf is geblokkeerd. Er kan voor de
duur van de afwezigheid een gewenste
kamertemperatuur worden ingesteld.
Ook kan er een terugkeertijdstip worden
ingesteld. Op de terugkeerdag schakelt
het programma dan over op de modus
die actief was op de vertrekdag.
Warmwatermodus :
in deze bedrijfsmodus is enkel de tapwa-
terverwarming actief. Het ventilatiesy-
steem en de warmtepomp voor verwar-
ming en koeling blijven werken.
Vorstmodus : wanneer de
kamertemperatuur minder dan
10 °C bedraagt of wanneer de
buitentemperatuur onder de
vorstbeschermingsgrens daalt, wordt de
warmtepomp voor verwarmingsdoelein-
den ingeschakeld.
Warmtepompmodus : telkens
wanneer de warmtepomp in verwar-
mings- of koelbedrijf werkt, wordt in de
regel ventilatiestand 3 geactiveerd. Er is
een minimum luchtdebiet nodig om de
beschikbare verwarmings- of koelenergie
te kunnen transporteren.
Wijzigingen voorbehouden
Advertenties
Inhoudsopgave
