I n b e d r i j f s t e l l e n
L u c h t t o e v o e r
Alle machines werken op perslucht, bij een optimale druk van 5,5 bar. Wij adviseren het gebruik van drukregelaars en filtersystemen op de
hoofdluchttoevoer. Deze toestellen moeten binnen de drie meter van het gereedschap worden aangebracht (zie het onderstaande schema)
voor maximale duurzaamheid van en minimaal onderhoud aan het gereedschap.
De luchttoevoerslangen moeten een minimale bedrijfsdruk hebben van 150% van de maximale druk die in het systeem wordt opgewekt of
van 10 bar. De hoogste waarde geldt hier. De luchtslangen moeten bestand zijn tegen olie, de buitenkant moet bestendig zijn tegen schuren
en waar er gevaar op beschadiging bestaat moeten de slangen gewapend zijn. Alle luchtslangen MOETEN een minimale binnendoorsnede
van 6,4 mm (
/
") hebben.
1
4
7 1 4 0 1 G e r e e d s c h a p a f n e e m b a r e s t a m c o l l e c t o r f l e s
MAXIMAAL 3 METER
7 1 4 0 4 G e r e e d s c h a p f a s t s t a m c o l l e c t o r f l e s
MAXIMAAL 3 METER
B i j s t e l l e n v a n d e s t i f t a f z u i g e r
•
Gebruik een schroevedraaier om regelventiel 48 te verdraaien totdat er achteraan het gereedschap geen lucht meer stroomt.
•
Richt het gereedschap naar beneden, doe een bevestiger in de neus en houd die op zijn plaats.
•
Draai de klep één van beide kanten op totdat er voldoende zuiging heerst om de bevestiger vast te houden.
AFSLUITER (GEBRUIKT BIJ
ONDERHOUD VAN FILTER/REGELAAR
OF SMEERINRICHTINGEN)
8
DRUKREGELAAR EN FILTER
LUCHTSMERING
(UITSLUITEND AFTAPPEN)
TOEGESTAAN
AFSLUITER (GEBRUIKT BIJ
ONDERHOUD VAN FILTER/REGELAAR
OF SMEERINRICHTINGEN)
8
DRUKREGELAAR EN FILTER
LUCHTSMERING
(UITSLUITEND AFTAPPEN)
TOEGESTAAN
AFTAKPUNT
VAN HOOFDTOEVOER
AFTAPPUNT VAN
HOOFDTOEVOER
AFTAKPUNT
VAN HOOFDTOEVOER
AFTAPPUNT VAN
HOOFDTOEVOER
7