nl
De werkingstemperatuur
instellen
(Afb. 2)
De werkingstemperatuur wordt geregeld door
de temperatuurknop.
Warm
1
(Of) Min. (-18 °C)
1 = Laagste koelinstelling (Warmste
instelling)
4 = Hoogste koelinstelling (Koudste
instelling)
(Of)
Min. = Laagste koelstand
(Warmste instelling)
Max. = Hoogste koelstand
(Koudste instelling)
Kies een stand overeenkomstig de gewenste
temperatuur.
De binnentemperatuur hangt ook af van de
omgevingstemperatuur, hoe vaak de deur
geopend wordt en de hoeveelheid voedsel
die in de koelkast bewaard wordt.
De deur vaak openen doet de temperatuur in
de koelkast stijgen.
Daarom wordt aanbevolen om de deur zo snel
mogelijk te sluiten na elk gebruik.
De normale opslagtemperatuur van uw
apparaat zou -18°C moeten zijn. Lagere
temperaturen kunnen worden verkregen door
de thermostaatknop naar positie 4 te draaien
(of Max.).
We raden aan om de temperatuur met een
thermometer te controleren om ervoor te
zorgen dat de opslagvakken de gewenste
temperatuur behouden. Lees de thermometer
onmiddellijk af want de
thermometertemperatuur zal zeer snel stijgen
nadat u deze uit de vriezer genomen hebt.
Koud
2
3
4
Max. (-24°C)
Controlelampjes
Er zijn drie gekleurde controlelampjes binnen
in het apparaat die de werkingsmodus van de
vriezer aangeven (Afb. 2).
Amber lampje (1)
Brandt als de snelvriesknop (4) is ingedrukt
en blijft maximaal 34 uur branden of tot de
snelvrieswerking handmatig wordt
uitgeschakeld. De functie snelvriezen is
bedoeld voor het invriezen van vers voedsel
(zie het deel Invriezen van verse
levensmiddelen).
Groen lampje (2)
Gaat branden als het apparaat op de
elektriciteit aangesloten is en brandt zo lang
er elektriciteit is. Het groene lampje geeft geen
aanwijzing i.v.m. de temperatuur in de vriezer.
Rood lampje (3)
Brandt
a. Wanneer de binnentemperatuur boven -5°
C. komt (Het lampje gaat uit wanneer de
temperatuur daalt tot -9°C).
b. Als het apparaat overladen is met vers
voedsel.
c. Als de deur van het apparaat per ongeluk
open gelaten werd.
Opmerking: Het rode controlelampje heeft
een ingebouwde vertraging.
Wanneer het apparaat is opgeladen gaat het
rode controlelampje gedurende 24 niet
branden.
Thermostaatknop (5)
De thermostaatknop bevindt zich op het frame
van het controlelampje.
Belangrijk:
Als u op de snelvriestoets drukt of de ingestelde
temperatuur aanpast, kan het even duren
voordat de compressor begint te werken. Dit
is normaal en geen compressordefect.
-E0 knippert op het scherm wanneer zich een
storing in de vriessensor voordoet.
-E1 knippert op het scherm wanneer zich een
storing in de ontdooisensor voordoet.
-E4 knippert op het scherm wanneer zich een
storing in de verwarmer voordoet.
4
nl