CattronControl™ MMCU4
Gebruikershandleiding
8.2
Beschermende aarding
De twee pinnen op deze aansluiting zijn kortgesloten. De aarddraad van het voedingssnoer moet op beide pinnen
worden aangesloten. De andere pin kan worden gebruikt om de grond in serie te schakelen naar een andere
locatie.
8.3
AC-ingang
Op AC-modellen moeten de lijn- en neutrale signalen met deze aansluiting worden verbonden. De onderste pen
gaat eerst door de AC-zekering. De AC-zekering is 2 A, 250 VAC, 5x20 mm.
8.4
DC-ingang
Bij DC-modellen moet de positieve draad worden aangesloten op de bovenste pen en de negatieve draad op de
onderste pennen. Het circuit is beveiligd tegen omgekeerde polariteit.
8.5
TransKey
Op deze locatie moet een TransKey worden geplaatst. Deze TransKey is in de fabriek geprogrammeerd om
overeen te komen met de configuratie van de interfacekaarten.
8.6
Hoofdrelais
Deze aansluiting biedt twee normaal open (NO) veiligheidsrelaiscontacten om het hoofdrelaiscircuit van de
machine te besturen. De ene wordt bestuurd door de master-processor en de andere door de slave-processor.
Beide contacten worden beschermd door 4 A, 250 VAC, 5x20 mm zekeringen.
Deze twee contacten worden alleen gesloten als aan alle veiligheidsvoorwaarden is voldaan.
Deze twee contacten worden meestal in serie geschakeld, zoals weergegeven:
9M02-7755-A001-NL
Afbeelding 11: Aansluiting hoofdrelais
26