Wij danken u hartelijk voor het vertrouwen dat u heeft getoond met de aankoop van ons product. Het apparaat is zo geconstrueerd dat het uw leven zal vereenvoudigen. Voor een gemakkelijker gebruik hebben wij een uitvoerige gebruiksaanwijzing bijgevoegd met een handleiding voor inbouw, bijgeleverd op een apart blad.
INHOUD INLEIDING 4 BELANGRIJKE OPMERKINGEN EN MAATREGELEN 4 VOORDAT U HET APPARAAT DE EERSTE KEER GEBRUIKT 5 BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES 8 BELANGRIJKE INFORMATIE OVER HET GEBRUIK VAN HET APPARAAT 9 BESCHERMING VAN HET MILIEU 10 TIPS VOOR ENERGIEBESPARING MET DE KOEL VRIESCOMBINATIE 11 PLAATSING EN AANSLUITING BESCHRIJVING...
BELANGRIJKE OPMERKINGEN EN MAATREGELEN VOORDAT U HET APPARAAT DE EERSTE KEER GEBRUIKT Sluit het apparaat pas aan op het elektriciteitsnet nadat u de aanwijzingen over een correct en veilig gebruik van het apparaat zorgvuldig hebt doorgelezen. De aanwijzingen zijn van toepassing op verschillende types en modellen; dat betekent dat de gebruiksaanwijzing instellingen of onderdelen kan bevatten die niet beschikbaar zijn op uw apparaat.
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES Waarschuwing; Brandgevaar / ontvlambare materialen Het apparaat moet in overeenstemming met de geldende normen en regels op het elektriciteitsnet worden aangesloten en geaard. WAARSCHUWING! Plaats geen meervoudige stekkerdozen of draagbare voedingen aan de achterkant van het apparaat. Voorafgaand aan het schoonmaken van het apparaat dient u altijd de stroom eraf te halen (trek de stekker uit het stopcontact).
Pagina 6
Gevaar van bevriezing Steek bevroren voedsel nooit in uw mond en voorkom aanraking van bevroren voedsel, omdat dit bevriezing kan veroorzaken. Kinderen en kwetsbare mensen Het apparaat is niet bedoeld voor gebruik door personen (waaronder kinderen) met een lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke beperking of personen met te weinig kennis en ervaring, tenzij iemand die verantwoordelijk is voor hun veiligheid toezicht houdt of hun instructies heeft gegeven over...
Pagina 7
Laat kinderen niet met het apparaat spelen. Reiniging en onderhoud mogen niet door kinderen worden uitgevoerd als er geen toezicht is. Kinderen van 3 tot 8 jaar mogen producten in toestellen met een koelfunctie leggen en ook eruit halen. Waarschuwing met betrekking tot het koelmiddel Dit apparaat bevat een kleine hoeveelheid van het milieuvriendelijke, maar brandbare gas R600a.
BELANGRIJKE INFORMATIE OVER HET GEBRUIK VAN HET APPARAAT WAARSCHUWING! Dit apparaat is bestemd voor huishoudelijk of daarmee vergelijkbaar gebruik, zoals: – in personeelskeukens in winkels, kantoren en andere werkomgevingen; – voor gasten in gastboerderijen, hotels, motels en andere overnachtingsgelegenheden; – in bed & breakfast-achtige omgevingen; –...
Technische informatie over het apparaat Het typeplaatje bevindt zich aan de binnenzijde van het apparaat. Op dit plaatje staat informatie over spanning, bruto- en netto-inhoud, type en hoeveelheid koelmiddel, en informatie over de klimaatklasse. BESCHERMING VAN HET MILIEU Verpakkingsmateriaal wordt gemaakt van milieuvriendelijke materialen die kunnen worden gerecycled, weggegooid of vernietigd zonder gevaar op te leveren voor het milieu.
TIPS VOOR ENERGIEBESPARING MET DE KOEL VRIESCOMBINATIE • Plaats het apparaat, zoals aangegeven in de gebruiksaanwijzing. • Open de deur niet meer als nodig is. • Controleer van tijd tot tijd, of de luchtcirculatie achter het apparaat niet wordt belemmerd. •...
PLAATSING EN AANSLUITING KEUZE VAN DE PLAATS • Plaats het apparaat op een droge en geventileerde plaats. Het apparaat werkt optimaal bij onderstaande temperaturen. De klasse is aangegeven op het etiket met de basisgegevens van het apparaat. Relatieve Klasse Temperatuur vochtigheid SN (ondernormaal) van +10 °C tot +32 °C...
PLAATSING APPARAAT Bij plaatsing van het apparaat moeten ten minste twee personen samenwerken om schade of letsel van personen te voorkomen. • Het apparaat moet rechtop of lichtelijk achterover en stabiel op een voldoende 30 mm stevige ondergrond staan. Aan de voorzijde van het toestel bevinden zich stelvoetjes om het toestel af te stellen.
Pagina 13
• Het apparaat kan op zichzelf staan of naast een meubel of muur geplaatst worden. Als u het apparaat direct naast een meubel of een muur plaatst, kan het zijn dat het apparaat meer stroom verbruikt. • Er moet minimaal 50 mm ruimte zijn tussen het apparaat en elk element erboven.
AANSLUITING APPARAAT • Sluit het apparaat op het lichtnet aan met een netsnoer. Het stopcontact moet een aardingscontact hebben (veiligheidscontactdoos). De voorgeschreven nominale spanning en frequentie worden vermeld op het label met basisinformatie over het apparaat. • De netaansluiting en aarding van het apparaat moeten worden uitgevoerd in overeenstemming met de geldende normen en voorschriften.
OPENINGSRICHTING VAN DE DEUR VERANDEREN U kunt de openingsrichting van de deur van het apparaat naar wens wijzigen. Waarschuwing: Tijdens het veranderen van de openingsrichting van de deur mag het apparaat niet zijn aangesloten op het lichtnet! Benodigd gereedschap: dopsleutel nr. 8, kruiskopschroevendraaier platte schroevendraaier sleutel nr.
Pagina 16
1. Plaats het apparaat rechtop, open de bovenste deur, verwijder de deurplanken (om schade tijdens de procedure te voorkomen) en sluit vervolgens de deur. 2. Verwijder de bedekking van het bovenscharnier (1) en let op de connector (A). Koppel de connector los (A).
Pagina 17
3. Draai de schroeven (2) los en verwijder het scharnier (3). Leid connector (A) door het scharniergat. Houd tijdens de procedure de deur vast zodat deze niet kan vallen. 4. Verwijder de bovenste deur van het middelste scharnier door de deur voorzichtig recht omhoog te tillen.
Pagina 18
6. Verwijder het dekseltje (6) van de linkerkant van de bovenste deur en neem de connector (A) uit de ruimte onder het dekseltje. Verwijder vervolgens het dekseltje (7) aan de rechterkant van de bovenste deur. Plaats het deksel (7) aan de linkerkant van de bovenste deur, dekseltje (6) rechts van de bovenste deur.
Pagina 19
9. Plaats de onderste deur op een glad oppervlak. Draai de schroef (8) los en verwijder de deurvergrendeling (10) en de deurstop (9). Schroef vervolgens de meegeleverde deurvergrendeling en de deurstopper (9) met de schroef (8) aan de andere kant. Bewaar de deurvergrendeling (10) voor mogelijk later gebruik.
Pagina 20
13. Schroef de stelvoet van stap 11 en het onderste scharnier van stap 12 vast aan de tegenovergestelde kant. 14. Plaats de onderste deur op het onderste scharnier en houd deze vast. Draai het middelste scharnier 180° om, plaats de ring op de juiste manier en stel het middelste scharnier in op de juiste positie zodat de onderste deur op zijn plaats kan worden vastgezet.
Pagina 21
15. Plaats de bovenste deur in de juiste positie, steek de connector (A) door het gat van het bovenste scharnier (3) en zet deze vast met de schroeven (2). Houd de bovenste deur vast tijdens de montage. sluit de connector (A) aan. 16.
Pagina 22
17. Open de bovenste deur en plaats de deurplanken terug, Sluit daarna de deur. Opmerking: als uw model een handgreep heeft, moet u deze ook naar de andere kant overplaatsen volgens de onderstaande instructies. Verwijder de bovenste deur en plaats deze op een glad oppervlak. Verwijder de dopjes (1) en (4) en draai de schroeven (2) los zoals afgebeeld.
BESCHRIJVING APPARAAT De binnenuitrusting van het apparaat kan verschillen, afhankelijk van het model. A Koelkast 1 Bedieningseenheid 2 Led-verlichting 3 MultiFlow wand 4 Glazen planken 5 Lade FreshZone 6 Lade voor groente en fruit CrispZone met vochtigheidsregule- ring* 7 Lage deurplanken 8 Flessenrek B Vriezer 9 Bovenste lade voor...
AAN/UIT TOETS APPARAAT Na de eerste aansluiting van het apparaat op het lichtnet staat het apparaat in de standby-stand (uitgeschakeld maar onder spanning). Apparaat inschakelen: schakel het apparaat in door op toets A te drukken. Er klinkt een pieptoon en op display B3 veschijnt de temperatuurweergave.
Pagina 26
De temperatuur in het koelgedeelte kan worden ingesteld wanneer het symbool B2 brandt. U kunt de temperatuur instellen door kort op de toets B te drukken. • Elke keer dat u op de knop drukt, verhoogt u de instelling met 1 °C. De geselecteerde instelling wordt opgeslagen als de laatst ingestelde temperatuur in het koelvak.
Pagina 27
STANDBY-STAND BEDIENINGSEENHEID (DISPLAY STANDBY MODE) 30 seconden na de laatste druk op een toets gaat de bedieningseenheid over in de standby-stand. Alle displays op de besturingseenheid gaan uit. Er zijn echter ook uitzonderingen waarbij, ondanks de standby-stand, sommige displays nog steeds verlicht zijn. Deze uitzonderingen zijn: •...
Pagina 28
INTENSIEF INVRIEZEN (VRIEZER GEDEELTE) • Gebruik de instelling bij eerste inschakeling van het apparaat, voor reiniging en voordat u grote hoeveelheden voedsel laadt. Inschakeling: het intensief invriezen wordt ingeschakeld met toets C. Er klinkt een pieptoon en display B1 of C1 licht op.
Pagina 29
• U kunt de temperatuur van het koelgedeelte instellen ook tijdens intensief invriezen. U kunt dit doen wanneer B2 brandt. De temperatuur wordt ingesteld door kort op toets B te drukken, hierbij werkt de intensieve vriesfunctie nog steeds normaal. Uitschakelen: als het koelgedeelte actief is (B2 licht op), druk dan eerst op toets C om over te schakelen naar het vriesvak (B1 licht op) en druk...
ECO-FUNCTIE Inschakelen: Om de Eco-functie in te schakelen, druk kort op de toets D. Het symbool D1 licht op. Het apparaat werkt onder optimale omstandigheden. Als de intensieve vriezerfunctie of de handmatige vriezerontdooifunctie zijn geactiveerd, kan de Eco-functie niet worden ingeschakeld. Uitschakelen: Schakel de Eco-functie uit door nogmaals kort op toets D te drukken.
Pagina 31
TE HOGE TEMPERATUUR ALARM Bij te hoge temperatuur in het apparaat klinkt een geluidsalarm (onderbroken toon), op display B3 knippert HI, tegelijkertijd licht het symbool op van dat gedeelte van het apparaat waar de temperatuur te hoog is (B1 of B2). •...
Pagina 32
OPEN DEUR ALARM Als de deur van de koelkast of vriezer te lang openstaat, klinkt er een geluidssignaal (herhaalde pieptoon). Als u het akoestische alarm niet uitschakelt, klinkt het gedurende 10 minuten. Het apparaat blijft normaal werken alsof de deur gesloten is. Uitschakeling alarm: het alarm wordt uitgeschakeld door de deur te sluiten.
UITRUSTING VAN HET INTERIEUR (* DE UITRUSTING IS AFHANKELIJK VAN HET MODEL) PLANK • U kunt de lege plank naar wens op de geleiders in de koelkast plaatsen zonder deze uit het apparaat te halen. Om hem uit de koelkast te verplaatsen of te verwijderen, tilt u hem een beetje op aan de achterkant, trekt u hem naar u toe en...
Pagina 34
LADE VOOR GROENTE EN FRUIT MET VOCHTIGHEIDSREGULERING (CRISPZONE)* • De lade onderin de koelkast wordt gebruikt om fruit en groenten in te bewaren. Zorgt voor vocht en minder uitdroging van voedsel. De lade heeft een vochtregelaar waarmee je de luchtvochtigheid aanpast. Schuifpositie naar rechts: gesloten sleuven - hogere luchtvochtigheid in de lade .
Pagina 35
LADE FRESHZONE* In de FreshZone-lade blijft het voedsel langer vers dan in een normale koelkast en behoudt het een betere smaak en voedingswaarde. Bederf en gewichtsverlies worden verminderd, waardoor fruit en groenten langer vers en natuurlijker blijven. Voor een optimale werking moet de lade volledig gesloten zijn.
PLANKEN IN DE DEUR De binnenkant van de deur van de koelkast is voorzien van planken voor het bewaren van kaas, boter, eieren, yoghurt en andere kleine verpakkingen, tubes, blikjes enz. U kunt de planken naar wens verplaatsen door te uit de groeven te tillen en op de gewenste hoogte te plaatsen.
BEWAREN VAN LEVENSMIDDELEN IN DE KOELKAST BELANGRIJKE WAARSCHUWINGEN VOOR HET BEWAREN VAN LEVENSMIDDELEN Juist gebruik van het apparaat, het correct verpakken van de levensmiddelen, het in stand houden van de juiste temperatuur en het in acht nemen van hygienische voorwaarden voor bewaren van levensmiddelen zijn van doorslaggevende betekenis voor de kwaliteit van de bewaarde levensmiddelen.
VOORKOM HET BEDERVEN VAN VOEDSEL Volg de onderstaande instructies om het bederven van voedsel te voorkomen: • Als u de deur gedurende lange tijd opent, kan de temperatuur in de compartimenten van het toestel aanzienlijk stijgen. • Reinig regelmatig de oppervlakken die in contact kunnen komen met voedsel. Reinig ook regelmatig het afvoergootje.
BEWAREN VAN LEVENSMIDDELEN Levensmiddel Optimale Optimale Geraamde bewaartemperatuur vochtigheid voor houdbaarheid (°C) bewaren (%) Varkensvlees -1 tot 4 3 dagen Rundvlees 0 tot 4 tot 3 weken Lamsvlees 0 tot 4 14 dagen 0 tot 4 3 dagen 0 tot 4 3 tot 10 dagen Weekdieren 0 tot 4...
Pagina 41
Levensmiddel Optimale Optimale Geraamde bewaartemperatuur vochtigheid voor houdbaarheid (°C) bewaren (%) Prei 95-100 2 tot 3 maanden Paddestoelen 3 tot 4 dagen Peterselie 95-100 2 tot 3 dagen Pastinaak 98-100 4 tot 6 maanden Rettich, winter 95-100 2 tot 4 maanden 10 tot 12 Mierikswortel 98-100...
Pagina 42
Levensmiddel Optimale Optimale Geraamde bewaartemperatuur vochtigheid voor houdbaarheid (°C) bewaren (%) Kersen 0 tot 2 90-95 2 tot 3 weken Kiwi, onrijp 0 tot 2 90-95 2 tot 6 weken Nectarine 0 tot 2 90-95 1 tot 3 weken Sinaasappel 0 tot 2 90-95 2 tot 4 weken...
INVRIEZEN EN BEWAREN VAN INGEVROREN LEVENSMIDDELEN PROCEDURE VAN INVRIEZEN De maximale hoeveelheid verse etenswaren die u in een keer in het apparaat kunt doen staat aangegeven op het etiket met de basisgegevens van het apparaat. Als de hoeveelheid groter wordt, wordt ook de kwaliteit van het invriezen en de ingevroren etenswaren slechter.
BELANGRIJKE WAARSCHUWINGEN VOOR HET INVRIEZEN VAN VERSE ETENSWAREN Vries alleen levensmiddelen in die daarvoor geschikt zijn. Deze moeten altijd van een goede kwaliteit zijn en vers zijn. Kies de juiste verpakking. De verpakking mag geen lucht en vocht doorlaten, zodat het voedsel niet uitdroogt en vitaminen verliest.
HOUDBAARHEID VAN BEVROREN LEVENSMIDDELEN AANBEVOLEN HOUDBAARHEID IN DE VRIEZER Eten Tijd fruit, rundvlees 10 tot 12 maanden groente, kalfsvlees,gevogelte 8 tot 10 maanden wild 6 tot 8 maanden varkensvlees 4 tot 6 maanden gehakt 4 maanden brood, gebak, kant-en-klaar maaltijden, 3 maanden niet vette vis vleesafval...
ONTDOOIING VAN HET APPARAAT AUTOMATISCHE ONTDOOIING VAN DE KOELKAST De koelkast hoeft niet ontdooid te worden, want het ijs aan de achterwand van het interieur van de koelkast dooit automatisch. Het ijs dat ontstaat dooit als de compressor niet werkt. De druppels lopen door de opening in de achterwand van de koelkast weg in een bak boven de compressor, waar ze verdampen.
HANDMATIG ONTDOOIEN VAN DE VRIEZER NO FROST • Ondanks dat u een NoFrost-apparaat heeft, kan rijpvorming ontstaan. Dit komt meestal door abnormaal gebruik van het apparaat, bijvoorbeeld door het te vaak openen van de deur, het te lang openen van de deur, slechte dichting van de deur ...
REINIGING VAN HET APPARAAT Neem voor de reiniging het apparaat uit het elektriciteitsnet – schakel het apparaat uit (zie hoofdstuk In/uitschakeling apparaat) en neem de aansluitkabel uit het stopcontact. • Gebruik voor reiniging een zachte doek. Grove of schurende reinigingsmiddelen, zuren of oplosmiddelen zijn niet geschikt, zij kunnen het oppervlak beschadigen.
PROBLEEMOPLOSSEN Storing: Oorzaak of verhelpen: Apparaat is aangesloten • Controleer of het apparaat is aangesloten en of het op het lichtnet maar stopcontact onder stroom staat. werkt niet: Het koelsysteem • Omgevingstemperatuur te hoog. werkt langere tijd • Deur te vaak en te lang open. onafgebroken: •...
Pagina 50
Storing: Oorzaak of verhelpen: Er loopt water uit de • Verstopte opening voor afvoer van dooiwater koelkast: druppelt voorbij de wateropvanggoot. • Reinig de verstopte opening, b.v. met een plastic rietje. • Ontdooi een te dikke ijslaag handmatig (zie hoofdstuk Ontdooien van het apparaat). De deur gaat moeilijk •...
Pagina 51
Storing: Oorzaak of verhelpen: Op het display • De deur staat te lang open: sluit de deur. verschijnt E9. • Als ook de binnenverlichting niet werkt, is de deursensor defect. Bel een servicecentrum voor reparatie. Het apparaat werkt in de veiligheidsstand totdat het is gerepareerd.
INFORMATIE OVER HET GELUIDSNIVEAU VAN HET APPARAAT De koeling van de koelvriescombinatie gebeurt door het koelsysteem met een compressor (bij sommige apparaten ook met een ventilator), dit veroorzaakt een bepaald geluid. De sterkte van dit geluid is afhankelijk van de plaatsing, het juiste gebruik en de ouderdom van het apparaat.
Pagina 56
COMBI FS600-20 ADV SME nl (07-20) 837919...