Eenvoudig afdrukken
Een geheugenkaart plaatsen
Plaats een geheugenkaart ("Memory Stick",
"Memory Stick Duo", CompactFlash-kaart,
SD-geheugenkaart of een xD-Picture Card) die
beelden bevat die u wilt afdrukken, in de juiste
sleuf met de labelkant naar boven
gericht, tot deze vastklikt op zijn plaats. Op de
pagina's 83 tot 85 vindt u de typen
geheugenkaarten die u bij deze printer kunt
gebruiken.
Tip
Als u een afbeelding die in het interne geheugen staat,
wilt afdrukken, zet dan de printer aan en druk op
ENTER terwijl er geen geheugenkaart is geplaatst en
geen extern apparaat is aangesloten.
Toegangslampje
Met de labelkant omhoog (xD-Picture Card, SD-
geheugenkaart, CompactFlash-kaart of "Memory
Stick" ("Memory Stick Duo") vanaf de linkerzijde)
Een geheugenkaart uitwerpen
Als u de geheugenkaart uit de sleuf wilt nemen,
trekt u de kaart langzaam naar buiten in de
tegengestelde richting dat ze ingeschoven was.
Opmerkingen
• De printer ondersteunt kaarten van zowel
standaardformaat als klein formaat "Memory
Stick". Een "Memory Stick Duo" adapter is niet
nodig.
• De SD-geheugenkaart/xD-Picture Card dual-
formatsleuf detecteert automatisch het kaarttype.
Geselecteerde afbeeldingen
afdrukken
In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u de
afbeeldingen op een geheugenkaart, op een
extern apparaat of in het intern geheugen op het
LCD-scherm van de printer kunt weergeven en
de geselecteerde afbeeldingen kunt afdrukken
(Direct Printen). Zie pagina 50 voor
aanwijzingen voor het afdrukken vanaf een
extern apparaat.
1
Zet de printer aan door op 1 (Aan/
Standby) te drukken.
De standby aanduiding van de printer gaat
geel-groen branden. Een afbeelding die op
de geplaatste geheugenkaart of op een
aangesloten extern apparaat is opgeslagen,
wordt op het LCD-scherm weergegeven.
Als u op ENTER drukt, kunt zonder dat
een geheugenkaart is geplaatst of een
extern apparaat is aangesloten, een
afbeelding uit het interne geheugen van de
printer weergeven.
2
Geef de afbeelding die u wilt
afdrukken, weer door op g/G te
drukken.
3
Stel de afdrukhoeveelheid in.
Als u één vel van de weergegeven
afbeelding wilt afdrukken, slaat u deze
procedure over en gaat u naar de volgende
stap.
Geef de aanduiding van het aantal
afdrukken weer door op ENTER te
drukken. Druk daarna op f/F zodat u het
aantal afdrukken kunt opgeven en druk op
ENTER.
Vervolg
NL
17