d) Diodetest
Zorg er voor dat alle delen van circuits, schakelaars en componenten en
andere meetobjecten geen spanning voeren en ontladen zijn.
1. Schakel de DMM in en kies het meetbereik
2. Steek het rode meetsnoer in bus
3. Controleer of de meetsnoeren goed zijn door de meetpennen tegen elkaar te houden. Hierbij
moet de waarde ongeveer 0 V zijn. Er klinkt een akoestisch signaal.
4. Sluit nu de beide meetsnoeren aan op het te meten object (diode).
5. Het uitleesvenster geeft nu de doorgangsspanning aan in volt (V). De open-circuitspanning
is ongeveer 2,6 V.
6. Als er een "1" (aan de linkerkant van het uitleesvenster) wordt weergegeven, dan wordt
de diode in tegengestelde richting gemeten of is de diode stuk (onderbroken). Voer dan
een meting met verwisseling van de meetpennen (ompolen) uit om dit te controleren. Het
rode meetsnoer komt overeen met de positieve pool (anode), het zwarte meetsnoer met
de negatieve pool (kathode). Een siliciumdiode heeft een doorgangsspanning van circa
0,5 – 0,8 V. Als de diode in de juiste richting is geplaatst, klinkt er een akoestisch signaal.
7. Verwijder na het meten de meetsnoeren van het meetobject en schakel de DMM uit. Zet de
draaiknop (5) in de stand "OFF" (uit).
e) Continuïteitstest
1. Schakel de DMM in en kies het meetbereik
2. Steek het rode meetsnoer in bus
3. Controleer of de meetsnoeren goed zijn door de meetpennen tegen elkaar te houden. Hierbij
moet de waarde ongeveer 0 V zijn. Er klinkt een akoestisch signaal.
4. Sluit nu de beide meetpennen aan op de contactpunten om de doorgang te testen.
5. Het uitleesvenster geeft de doorgangsspanning aan in volt (V).
6. Als er een "1" (aan de linkerkant van het uitleesvenster) wordt weergegeven, dan behoren
de beide contactpunten niet tot een gesloten circuit, of is de verbinding onderbroken. Als de
twee eindpunten zich in een gesloten circuit bevinden en de weerstand lager is dan 10 Ω, dan
klinkt er een akoestisch signaal.
7. Verwijder na het meten de meetsnoeren van het meetobject en schakel de DMM uit. Zet de
draaiknop (5) in de stand "OFF" (uit).
met de draaiknop (5).
(8) en het zwarte meetsnoer in de COM-bus (9).
met de draaiknop (5).
(8) en het zwarte meetsnoer in de COM-bus (9).
77