1. Steek het dikkere uiteinde van de
powertool-slang (21) direct op de zuig-
slang (20). Steek het andere uiteinde
op het meegeleverde verloopstuk (22).
2. Nu kunt u zuigmondstukken plaatsen
of elektronische apparatuur aansluiten.
Het verloopstuk (22) past ook direct
op de zuigslang (20) (stofafzuiging
zonder powertool-slang).
Reiniging/onderhoud
De netstekker eruit trekken.
Gevaar door elektrische schok.
Algemene
reinigingswerkzaamheden
Spuit het apparaat niet met
water af en maak geen
gebruik van bijtende reini-
gings- c.q. oplosmiddelen.
Het apparaat zou beschadigd
kunnen worden.
•
Na het gebruik de reservoir (
leeg maken. Opgezogen vloeistof kunt
u na het openen van de aflaatplug la-
ten wegstromen (
•
De reservoir (
doek reinigen.
•
Klop het plooienfilter (
het met lauw water en laat het drogen.
•
Vervang volle stofzakken (
"Reserveonderdelen/Accessoires" be-
stelling).
•
Het apparaat voor ieder gebruik con-
troleren op zichtbare mankementen,
bijvoorbeeld aan de netkabel, en be-
schadigde onderdelen laten repareren
of vervangen.
6)
9).
6) met een vochtige
14) uit, was
15) (zie
Filterreinigingssysteem
Bij afnemende zuigprestaties kunt u met
behulp van het filterreinigingssysteem het
zuigresultaat verbeteren.
Zorg ervoor dat u alleen op de filter-
reinigingsknop drukt wanneer een
vouwfilter (
Steek de stekker van het apparaat
in het wandstopcontact.
1. Zet de aan-/uitschakelaar (13) in posi-
tie de stand "I".
2. Draai de luchtstroomregelaar (3) in de
stand MAX.
3. Druk de filterreinigingsknop (4) 3-4
maal naar onder.
Onderhoud
Het apparaat is vrij van onderhoud.
Opslag
1. Wikkel het netsnoer (7) rond de kabel-
houders (29a+b) aan de achterzijde
van het apparaat.
2. Wikkel de zuigslang (20) rond de
motorkop (2). De beide beugels (28)
houden de zuigslang vast.
3. Schuif de telescopische zuigleiding
(18) ineen en steek de zuigleidinghou-
der (19) in de toebehorenhouder (2a)
van de motorkop (2).
4. Om kleinere toebehoren op te bergen,
kunt u gebruik maken van de toebehoren-
houders (8a) op de zwenkwielen (8) en
de meegeleverde toebehorenzak (16).
5. Bewaar het apparaat op een droge
plaats (aanbevolen omgevingstempera-
tuur 15 - 30 °C) en buiten het bereik
van kinderen.
NL
14) aanwezig is.
13