Pagina 2
Deze handleiding dient als een permanent onderdeel van het voertuig te worden beschouwd en moet bij doorverkoop van het voertuig aan de nieuwe eigenaar worden verstrekt. Deze publicatie bevat de meest recente productinformatie die beschikbaar was voor het ter perse gaan. Honda Motor Co., Ltd. behoudt zich het recht voor om te allen tijde wijzigingen aan te brengen zonder voorafgaande kennisgeving en zonder het aangaan van enige verplichting.
Pagina 3
Welkom Van harte gefeliciteerd met de aanschaf van De volgende codes in deze handleiding ● uw nieuwe Honda-voertuig. Door te kiezen duiden de landen aan. voor een Honda maakt u deel uit van een De afbeeldingen hierin zijn gebaseerd op ●...
Enkele opmerkingen over veiligheid Uw veiligheid en de veiligheid van anderen zijn GEVAAR zeer belangrijk. Het veilig rijden op dit voertuig U ZULT DODELIJK of ERNSTIG LETSEL is een belangrijke verantwoordelijkheid. OPLOPEN als u de instructies niet Om u te helpen goed geïnformeerde opvolgt.
Veiligheid van het voertuig Dit gedeelte bevat belangrijke informatie voor het veilig rijden met uw voertuig. Lees dit gedeelte aandachtig door. BLZ. 3 Veiligheidsrichtlijnen ........... BLZ. 6 Waarschuwingslabels .......... BLZ. 10 Veiligheidsmaatregelen........BLZ. 11 Voorzorgsmaatregelen voor het rijden ..BLZ. 14 Accessoires &...
Pagina 7
Veiligheidsrichtlijnen Veiligheidsrichtlijnen dat u een goedgekeurde helm en beschermende kleding draagt. Volg deze richtlijnen met het oog op uw veiligheid: Neem de tijd om te leren en te oefenen Voer alle routine- en periodieke inspecties uit ● Zelfs als u al op andere voertuigen hebt gereden, die in deze handleiding zijn beschreven.
Veiligheidsrichtlijnen niet om en installeer geen accessoires die uw Rijd binnen uw grenzen voertuig onveilig maken ( BLZ. 14). Rijd nooit harder dan u aankunt of sneller dan de situatie toestaat. Vermoeidheid en onoplettendheid Betrokken zijn bij ongevallen kunnen afbreuk doen aan uw beoordelingsvermogen Persoonlijke veiligheid is uw eerste prioriteit.
Veiligheidsrichtlijnen WAARSCHUWING Gevaar voor koolmonoxide Uitlaatgassen bevatten giftig koolmonoxide, een Het laten draaien van de motor van uw kleurloos, reukloos gas. Het inademen van voertuig in een afgesloten of zelfs in koolmonoxide kan bewusteloosheid veroorzaken een gedeeltelijk afgesloten ruimte, kan en tot uw dood leiden.
Pagina 10
Waarschuwingslabels Waarschuwingslabels Op de volgende pagina's wordt de betekenis Lees de instructies in het instructieboekje van de labels beschreven. Sommige labels aandachtig door. waarschuwen u voor potentiële gevaren die ernstig letsel kunnen veroorzaken. Andere Lees de instructies in de werkplaatshandleiding bieden belangrijke veiligheidsinformatie.
Pagina 11
Waarschuwingslabels ACCULABEL GEVAAR • Houd vonken en vlammen uit de buurt van de accu. Accu's produceren gas dat een explosie kan veroorzaken. • Draag een beschermbril en rubberen handschoenen bij het hanteren van de accu, anders kunt u brandwonden oplopen of uw gezichtsvermogen verliezen door het elektrolyt van de accu.
Pagina 12
Waarschuwingslabels WAARSCHUWINGSLABEL ACCESSOIRES EN BELADING WAARSCHUWING ACCESSOIRES EN BELADING • De veiligheid, stabiliteit en het weggedrag van dit voertuig kunnen nadelig worden beïnvloed door de toevoeging van accessoires en bagage. • Lees de instructies in de gebruikers- en montagehandleiding aandachtig door voordat u een accessoire monteert. •...
Pagina 13
Waarschuwingslabels LABEL BANDENINFORMATIE EN AANDRIJFKETTING Bandenspanning in koude toestand: [Bestuurder] Voor 200 kPa (2,00 kgf/cm Achter 200 kPa (2,00 kgf/cm Zorg ervoor dat de aandrijfketting juist is afgesteld en gesmeerd. Speling 30 - 40 mm VEILIGHEIDSLABEL Draag altijd een helm en beschermende kleding met het oog op uw veiligheid.
Veiligheidsmaatregelen Veiligheidsmaatregelen WAARSCHUWING Het niet dragen van een helm verhoogt Rijd voorzichtig met uw beide handen aan het ● het risico op ernstig of dodelijk letsel in stuur en uw voeten op de voetsteunen. geval van een botsing. Houd altijd rekening met de veiligheid van ●...
Voorzorgsmaatregelen voor het rijden Voorzorgsmaatregelen Remmen voor het rijden Neem de volgende richtlijnen in acht: Vermijd bijzonder sterk afremmen en ● terugschakelen. Inrijperiode Door plotseling remmen kan de stabiliteit Volg deze richtlijnen tijdens de eerste 500 km om van het voertuig verminderen. de toekomstige betrouwbaarheid en prestaties van Ga waar mogelijk langzamer rijden voor uw voertuig te waarborgen.
Pagina 16
Voorzorgsmaatregelen voor het rijden Antiblokkeersysteem (ABS) op voorwiel Remmen op de motor Dit model is uitgerust met een antiblokkeersysteem Remmen op de motor helpt om de snelheid van (ABS) dat is ontwikkeld om te voorkomen dat de uw voertuig te verminderen wanneer u gas voorrem blokkeert tijdens abrupt remmen.
Voorzorgsmaatregelen voor het rijden Draai het stuur volledig naar links. Parkeren Het draaien van het stuur naar rechts Parkeer op een stevige, horizontale ondergrond. ● reduceert de stabiliteit en kan tot gevolg Als u op een helling of onverhard terrein moet ●...
Accessoires & aanpassingen Accessoires & WAARSCHUWING aanpassingen Ondeugdelijke accessoires of aanpassingen kunnen leiden tot een Wij raden u ten sterkste aan om geen accessoires ongeval waarbij u ernstig of dodelijk te installeren die niet specifiek door Honda voor letsel kunt oplopen. uw voertuig zijn ontworpen en geen modificaties aan het oorspronkelijke ontwerp van uw voertuig Volg alle aanwijzingen in dit...
Pagina 19
Beladen Beladen WAARSCHUWING Rijden met een overbeladen of verkeerd Het vervoeren van extra gewicht heeft invloed ● beladen motorfiets of een passagier op het rijgedrag, het remgedrag en de kan een ongeluk veroorzaken met stabiliteit van uw voertuig. mogelijk ernstig of dodelijk letsel tot Rijd altijd met een veilige snelheid die is afgestemd op de belading.
Basishandelingen Inspectie voor het rijden (BLZ.47) Accelereren Voor een veilige rit dient u uw voertuig eerst zorgvuldig te inspecteren. Draai het gas geleidelijk open. Houd u aan de snelheidslimiet. Schakelen (BLZ.38) Motor starten (BLZ.36) Het gebruik van basisfuncties. Start de motor en laat deze warmdraaien. Drijf het toerental niet op.
Parkeren (BLZ.13) Remmen Draai de gashendel dicht en bedien de voor- en achterrem tegelijk. Parkeer op een stevige, horizontale ondergrond. Gebruik de standaard, vergrendel Het remlicht geeft aan dat u het stuurslot en activeer het alarmsysteem. remt. Stoppen Geef, als u de weg gaat verlaten, tijdig richting aan.
Instrumenten Snelheidsmeter -toets -toets Displaycontrole Als de contactschakelaar op (On) wordt gezet, wordt de opstartanimatie getoond. Als een deel van deze displays niet wordt weergegeven zoals het hoort, laat dan uw dealer controleren op problemen.
Brandstofniveaumeter Resterende brandstof wanneer alleen het 1e (E) segment gaat knipperen: ongeveer 1,80 L Als het controlelampje van de brandstofmeter knippert in een herhaald patroon of uitgaat: (BLZ.81) LET OP U moet tanken wanneer de waarde segment E (1e) nadert. Als de brandstof opraakt, kan de motor overslaan en de katalysator beschadigd raken.
Instrumenten (Vervolg) Eenheid van snelheid en afgelegde afstand wijzigen Zet de contactschakelaar in de stand (On). Houd de -toets en -toets ingedrukt. Druk op de -toets om "km/h" en "km" of "mph" en "mile" te selecteren. Druk op de -toets. De eenheid van snelheid en afgelegde afstand is ingesteld en het display keert terug naar de oorspronkelijke weergave.
Controlelampjes Als één van deze indicatoren niet gaat branden terwijl dat zou moeten, laat dan uw dealer controleren op problemen. ABS-indicator (antiblokkeersysteem) Gaat branden als de contactschakelaar op aan wordt gezet. Gaat uit bij een snelheid van ongeveer 10 km/h. Alarmindicator Alarmsysteem: (BLZ.27)
Schakelaars Motorstopschakelaar Moet normaal in de stand (Run) blijven staan. Schakel in geval van nood over naar de stand (Stop) (de startmotor werkt niet) om de motor te stoppen. Startknop Richtingaanwijzerschakelaar Door op de schakelaar te drukken, wordt de richtingaanwijzer uitgeschakeld. Claxonknop Dimlichtschakelaar •...
Pagina 29
Contactschakelaar Schakelt het elektrische systeem in/uit, vergrendelt het stuur. De sleutel kan in de stand (Off) of (Lock) worden verwijderd. (On) Schakelt het elektrische systeem in voor het starten/rijden. (Off) Schakelt de motor uit. (Lock) Vergrendelt het stuur. Vervolg...
Schakelaars (Vervolg) Stuurslot Vergrendelen Vergrendel het stuur wanneer u parkeert om Draai het stuur volledig naar links. diefstal te voorkomen. Duw de sleutel omlaag en zet de Een U-vormig wielslot of iets vergelijkbaars contactschakelaar in de stand (Lock). wordt ook aanbevolen. Draai het stuur als het stuur moeilijk vergrendeld kan worden.
Pagina 31
Alarmsysteem Het alarmsysteem is een apparaat om de kans op diefstal te verkleinen. Wanneer de sensor trillingen of bewegingen detecteert met de contactschakelaar in de stand (Off) of (Lock) en het systeem is ingesteld, wordt het alarm geactiveerd. Er klinkt een zoemer en de alarmindicator knippert ongeveer 10 seconden wanneer het alarmsysteem trillingen als gevolg van contact of beweging detecteert.
Alarmsysteem (Vervolg) Als de contactschakelaar langer dan 10 dagen in Het geluid van de zoemer kan worden de stand (Off) staat, werkt het alarmsysteem geannuleerd met de tijdelijke stille modus. niet meer. Om het systeem te resetten, zet u de Tijdelijke stille modus (BLZ.35) contactschakelaar eenmaal in de stand (On).
Het alarmsysteem annuleren Alarm stoppen Druk op de UNSET-toets of zet de Om het alarm te stoppen, moet u een van de contactschakelaar in de stand (On). volgende dingen doen: Druk op de UNSET-toets van de ● Wanneer op de UNSET-toets wordt gedrukt, afstandsbediening.
Pagina 34
Alarmsysteem (Vervolg) De gevoeligheid van het alarmsysteem afstellen Zet en houd de contactschakelaar in de stand (On). U kunt kiezen uit 3 gevoeligheidsniveaus van Druk op de SET-toets om een van de het alarmsysteem. 3 gevoeligheidsniveaus te selecteren. Zet de contactschakelaar in de stand (Off).
Pagina 35
Als het alarmsysteem niet goed werkt Als een van de volgende situaties zich voordoet, is de accu ( ) van het voertuig (BLZ.59) mogelijk ontladen of is er sprake van een probleem met het systeem. Verwijder de accu en neem contact op met uw dealer. Er klinkt geen alarmsignaal.
Pagina 36
Responssysteem Het responssysteem is een mechanisme om de ANSWER locatie van uw voertuig te bepalen. Wanneer u BACK-toets op de ANSWER BACK-toets van de afstandsbediening drukt met de contactschakelaar in de stand (Off) of (Lock), klinkt de zoemer om u te informeren over de positie van uw voertuig.
Werking Het geluidsvolume van de zoemer van het responssysteem afstellen Druk op de ANSWER BACK-toets van de U kunt kiezen uit 3 geluidsvolumes of het geluid van afstandsbediening. de zoemer dempen. Het responssysteem werkt niet als de Zet de contactschakelaar in de stand (Off).
Pagina 38
Responssysteem (Vervolg) Het geluidspatroon van de zoemer van Zet en houd de contactschakelaar in de stand (On). Druk op de ANSWER BACK-toets om te het responssysteem wijzigen kiezen uit 3 geluidsvolumes of het geluid te U kunt kiezen uit 3 geluidspatronen van de zoemer. dempen.
Tijdelijke stille modus Zet en houd de contactschakelaar in de stand (On). Druk op de ANSWER BACK-toets om te De tijdelijke stille modus is een manier om het kiezen uit 3 geluidspatronen van de zoemer. geluid van de zoemer van het responssysteem Zet de contactschakelaar in de stand (Off) onmiddellijk uit te schakelen.
Motor starten Start de motor volgens de volgende procedure, Zorg ervoor dat de motorstopschakelaar in de ongeacht of de motor koud of warm is. stand (Run) staat. Zet de contactschakelaar in de stand (On). Zet de versnellingsbak in de neutraalstand -indicator gaat branden).
Pagina 41
Als de motor niet start: Druk op de startknop met een volledig a Open de gashendel volledig en druk gesloten gashendel. Als u de motor niet kunt starten, draai dan gedurende 5 seconden op de startknop. de gashendel iets open (circa 3 mm, b Herhaal de normale startprocedure.
Schakelen De transmissie van uw voertuig is uitgerust met 5 vooruitversnellingen in een schakelpatroon van één omlaag, vier omhoog. Als u het voertuig in de versnelling zet met een omlaag geklapte zijstandaard, wordt de motor uitgeschakeld.
Pagina 43
Tanken Brandstofvuldop openen Contactsleutel Afdekkap van slot Open de afdekkap van het slot, steek de contactsleutel in het slot en draai deze naar rechts om de brandstofvuldop te openen. Niveauplaatje Brandstofvuldop sluiten Druk op de brandstofvuldop na het tanken totdat de dop vastklikt. Verwijder de contactsleutel en sluit de Brandstofvuldop afdekkap van het slot.
Opberguitrusting Documentzakje/gereedschapsset Linker afdekkap Het documentzakje en de gereedschapsset worden Clips opgeborgen op het binnenpaneel van de linker afdekkap met behulp van de rubberen band. Het binnenpaneel van de linker afdekkap verwijderen Verwijder de linker afdekkap. (BLZ.62) Verwijder de clips. (BLZ.60) Verwijder het binnenpaneel van de linker Binnenpaneel van linker afdekkap...
Helmhouder Ontgrendelen De helmhouder bevindt zich aan de linkerkant Open de afdekkap van het slot, steek de sleutel onder het zadel. in het slot en draai deze naar rechts. In de gereedschapsset zit een Vergrendelen helmbevestigingskabel. (BLZ.40) Hang beide uiteinden van de helmbevestigingskabel die door de D-ring van Helmbevestigingskabel de helm is gestoken aan de houderpen en druk...
Onderhoud Lees "Het belang van onderhoud" en "Standaardonderhoud" aandachtig door voordat u onderhoudswerkzaamheden uitvoert. Raadpleeg “Specificaties” voor servicegegevens. BLZ. 43 BLZ. 73 Het belang van onderhoud ......Gashendel ............BLZ. 44 BLZ. 74 Onderhoudsschema .......... Overige vervangingen........BLZ. 47 Standaardonderhoud ........De batterij van de afstandsbediening BLZ.
Het belang van onderhoud Belang van onderhoud Onderhoudsveiligheid Lees altijd de onderhoudsvoorschriften voordat u Het goed onderhouden van uw voertuig is onderhoud uitvoert en zorg ervoor dat u over de absoluut essentieel voor uw veiligheid en het benodigde gereedschappen, onderdelen en beschermen van uw investering, optimale vakkundigheid beschikt.
Onderhoudsschema Het onderhoudsschema vermeldt de Het periodieke onderhoud wordt beschouwd als onderhoudsprocedures die vereist zijn voor veilige, normale onderhoudskosten voor de eigenaar die betrouwbare prestaties en een goed werkende door uw dealer in rekening zullen worden emissieregeling. gebracht. Bewaar alle facturen. Deze facturen moeten aan de nieuwe eigenaar worden verstrekt De onderhoudswerkzaamheden moeten worden wanneer u het voertuig verkoopt.
Pagina 49
Onderhoudsschema Inspectie Frequentie Jaarlijk- Regelma- voor het Items × 1000 km se con- tig ver- rijden pagina trole vangen BLZ. 47 × 1000 mijl Brandstofleiding – Brandstofniveau – Werking van de gashendel Luchtfilter – Carterontluchting – Bougie – Klepspeling – Motorolie –...
Pagina 50
Onderhoudsschema Inspectie Frequentie Jaarlijk- Regelma- voor het Items × 1000 km se con- tig ver- rijden pagina trole vangen BLZ. 47 × 1000 mijl Aandrijfketting Elke 500 km (300 mijl): Remvloeistof 2 jaar Remblokslijtage Remsysteem Remlichtschakelaar Koplamphoogte – Lichten/claxon – Motorstopschakelaar –...
Standaardonderhoud Aandrijfketting - Staat en speling controleren, Inspectie voor het rijden ● indien nodig afstellen en smeren. BLZ. 69 Met het oog op de veiligheid bent u verantwoordelijk Remmen − Werkingscontrole; ● om een controle voor het rijden uit te voeren en alle Voor en achter: controleer het remvloeistofpeil vastgestelde problemen te corrigeren.
Pagina 52
Standaardonderhoud Onderdelen vervangen Kleurenlabel Gebruik altijd originele Honda-onderdelen of gelijkwaardige onderdelen om betrouwbaarheid en veiligheid te waarborgen. Vermeld de modelnaam, kleur en code vermeld op het kleurenlabel bij het bestellen van gekleurde onderdelen. Het kleurenlabel is bevestigd op het frame. Om het kleurenlabel te controleren, verwijdert u de linker afdekkap.
Pagina 53
Standaardonderhoud Accu Dit symbool op de accu duidt aan dat het product niet met het huishoudelijk afval Uw voertuig is uitgerust met een onderhoudsvrije mag worden afgevoerd. accu. U hoeft het elektrolytniveau van de accu niet te controleren en geen gedistilleerd water toe te LET OP voegen.
Pagina 54
Standaardonderhoud WAARSCHUWING Wat te doen in geval van nood Als een van de volgende situaties zich voordoet, Uit de accu komt tijdens normaal gebruik dient u onmiddellijk naar uw arts te gaan. explosief waterstofgas vrij. Elektrolyt spat in de ogen: ●...
Standaardonderhoud Als de polen sterk zijn gecorrodeerd, moeten Zekeringen ze met een staalborstel of schuurpapier De zekeringen beschermen de elektrische circuits van uw worden gereinigd en gepolijst. Draag een voertuig. Als een elektrisch systeem op uw voertuig veiligheidsbril. uitvalt, controleer dan op doorgebrande zekeringen en vervang deze door nieuwe.
Standaardonderhoud Als een zekering herhaaldelijk doorbrandt, is dit De JASO T 903-norm is een index voor motorolie wellicht te wijten aan een elektrische fout. Laat uw voor 4-taktmotoren van motorfietsen. Er bestaan voertuig door uw dealer inspecteren. twee klassen: MA en MB. Het volgende label toont bijvoorbeeld de MA-classificatie.
Standaardonderhoud Als de aandrijfketting niet soepel beweegt, Remvloeistof vreemde geluiden voortbrengt, beschadigde Geen remvloeistof bijvullen of verversen, behalve spanrollen, losse pennen of knikken heeft, laat de in een noodgeval. Gebruik uitsluitend verse ketting dan door uw dealer inspecteren. remvloeistof uit een afgesloten houder. Als u remvloeistof bijvult, moet het remsysteem zo snel Inspecteer ook het aandrijfkettingwiel en het mogelijk door uw dealer worden nagekeken.
Standaardonderhoud Reiniging en smering Gebruik voor het reinigen van de aandrijfketting nooit benzine of oplosmiddelen met een laag Reinig de ketting en kettingwielen na het ontvlammingspunt. inspecteren van de speling terwijl u het achterwiel Dit zou brand of een ontploffing kunnen draait.
Pagina 59
Standaardonderhoud Controleren op abnormale slijtage Banden (inspecteren/vervangen) Bandenspanning controleren Controleer de banden op tekenen van Controleer uw banden met het blote oog en gebruik abnormale slijtage op een bandenspanningsmeter om de bandenspanning het draagvlak. ten minste één keer per maand te meten of wanneer u constateert dat de bandenspanning laag is.
Pagina 60
Standaardonderhoud WAARSCHUWING Profieldiepte controleren Controleer de bandslijtage-indicatoren. Vervang Het rijden op banden die overmatig zijn de banden onmiddellijk zodra deze zichtbaar versleten of verkeerd zijn opgepompt, worden. kan een botsing veroorzaken waarbij u ernstig of dodelijk letsel kunt oplopen. of TWI Volg alle aanwijzingen in dit instructieboekje betreffende de juiste bandenspanning en onderhoud.
Pagina 61
Standaardonderhoud WAARSCHUWING Laat uw banden door uw dealer vervangen. Zie "Specificaties" voor de aanbevolen banden en Het monteren van ongeschikte banden bandenspanning. BLZ. 103 op uw voertuig kan het stuurgedrag en Volg deze richtlijnen voor het vervangen van banden. de stabiliteit nadelig beïnvloeden en Gebruik de aanbevolen banden of ●...
Gereedschap De gereedschapsset wordt op het binnenpaneel van de linker afdekkap opgeborgen. BLZ. 40 U kunt enkele reparaties onderweg uitvoeren, kleine afstellingen maken en onderdelen vervangen met het meegeleverde gereedschap. Standaard-/kruiskopschroevendraaier ● Handgreep voor schroevendraaier ● 10 × 14 mm steeksleutel ●...
Demontage en montage van onderdelen Accu Koppel de minpool - los van de accu. Koppel de pluspool + los van de accu. Accuhouder Verwijder de accu en pas op dat u de Bout moeren van de accupolen niet laat vallen. Onder- Montage legring...
Demontage en montage van onderdelen Clip Clip Aanbrengen Duw tegen de onderkant van de Demontage centreerstift. Druk op de centreerstift om de vergrendeling los te maken. Trek de clip uit de uitsparing. Centreerstift Plaats de clip in de uitsparing. Druk op de centreerstift om de clip te vergrendelen.
Demontage en montage van onderdelen Zadel Zadel Demontage Verwijder de bouten. Bevestigingspen Trek het zadel omhoog en naar achteren. Zadel Montage Steek de bevestigingspen in de steun op het frame. Duw de achterkant van het zadel naar voren en omlaag totdat het zadel op zijn plaats zit.
Demontage en montage van onderdelen Linker afdekkap Linker afdekkap Demontage Steek de contactsleutel in het slot. Bevestigingsrubber Linker afdekkap Trek voorzichtig de linker afdekkap uit de bevestigingsrubbers terwijl u de contactsleutel rechtsom draait. Montage Bevesti- Lijn de bevestigingspennen uit met de Bevestigingsrubbers gings- bevestigingsrubbers.
Motorolie Motorolie controleren Olievuldop Oliekijkglas Laat de motor 3 tot 5 minuten stationair Bovenste draaien als de motor koud is. niveau Zet de contactschakelaar in de stand (Off) en wacht 2 tot 3 minuten. Plaats uw voertuig rechtop op een stevige en horizontale ondergrond.
Motorolie Motorolie bijvullen Motorolie bijvullen LET OP Het te vol vullen met olie of het rijden met onvoldoende olie kan de motor beschadigen. Meng Als het motoroliepeil zich onder of dicht bij geen olie van verschillende merken en verschillende het onderste merkstreepje bevindt, moet u kwaliteit.
Remmen Remvloeistof controleren het niveau zich tussen de LOWER- en UPPER-merkstreepjes bevindt. Inspecteer de remblokken op slijtage als het Plaats uw voertuig rechtop op een stevige remvloeistofniveau in een reservoir zich en horizontale ondergrond. onder het LOWER-merkstreepje bevindt of Controleer of het remvloeistofreservoir Voor de speling van de remhendel en het horizontaal staat en het vloeistofniveau zich...
Pagina 70
Remmen Remblokken inspecteren Remblokken inspecteren Voor Remblokken Controleer de staat van de remblokslijtage- indicatoren. De remblokken moeten worden vervangen als een remblok tot aan de indicator versleten is. Slijtage- Inspecteer de remblokken vanaf de Voor indicatoren onderkant van de remklauw. Remschijf Inspecteer de remblokken vanaf Achter...
Remmen Remlichtschakelaar afstellen Remlichtschakelaar afstellen Controleer de werking van de remlichtschakelaar. Houd de remlichtschakelaar vast en draai de stelmoer in richting A als de schakelaar te laat in werking treedt of in richting B als de schakelaar te vroeg in werking treedt. Remlichtschakelaar Stelmoer...
Zijstandaard Zijstandaard controleren Controleer of de zijstandaard soepel werkt. Als de zijstandaard stijf is of piept, reinig dan de scharnierzone en smeer de scharnierbout met schoon vet. Controleer de veer op beschadiging of uitrekking. Ga op het voertuig zitten, zet de transmissie in neutraal en klap de zijstandaard omhoog.
Aandrijfketting Speling van aandrijfketting inspecteren Controleer de speling van de aandrijfketting op verschillende punten langs de ketting. Als de speling niet constant is op alle punten, kunnen sommige schakels vervormd zijn en vastlopen. Laat de ketting door uw dealer inspecteren. Zet de transmissie in de neutraalstand.
Koppeling Koppeling controleren Controleer de koppelingskabel op knikken of tekenen van slijtage. Laat de kabel indien nodig door uw dealer vervangen. Speling van koppelingshendel Smeer de koppelingskabel met een in de controleren handel verkrijgbaar kabelsmeermiddel om Controleer de speling van de voortijdige slijtage en corrosie te voorkomen.
Koppeling Speling van koppelingshendel afstellen Speling van koppelingshendel Rubberen stofkap Bovenste borgmoer afstellen Bovenste versteller Probeer de koppelingskabel eerst af te stellen met de bovenste versteller. – Bovenste versteller Trek de rubberen stofkap naar achteren. van koppelingskabel Draai de bovenste borgmoer los. Draai aan de bovenste versteller van de koppelingskabel totdat de speling is afgesteld op 10 - 20 mm.
Pagina 76
Koppeling Speling van koppelingshendel afstellen Draai de bovenste borgmoer los en draai Onderste stelmoer van koppelingskabel de bovenste versteller van de koppelingskabel volledig naar binnen (voor een maximale speling). Draai de bovenste borgmoer vast. Draai de onderste borgmoer los. – Draai aan de onderste stelmoer van de koppelingskabel totdat de speling van de koppelingshendel is afgesteld op 10 - 20...
Gashendel Gashendel controleren Zet de motor uit en controleer of de gashendel soepel draait van de volledig gesloten tot de volledig geopende stand in alle stuurstanden en of de speling van de gashendel juist is. Laat het voertuig door uw dealer inspecteren als de gashendel niet soepel beweegt of automatisch dicht gaat of als de kabel is beschadigd.
Overige vervangingen De batterij van de Verwijder de bovenkant van de behuizing door deze voorzichtig aan de rand open afstandsbediening vervangen te wrikken met een muntstuk of een schroevendraaier. Als de batterij van de afstandsbediening bijna Wikkel een muntstuk of een leeg is, merkt u dat u meerdere keren op de schroevendraaier in een beschermend toets moet drukken om het alarmsysteem of...
Pagina 79
Overige vervangingen De batterij van de afstandsbediening vervangen WAARSCHUWING Bovenkant van Batterij behuizing GEVAAR VAN CHEMISCHE BRANDWONDEN Beschermend De batterij die de Honda SMART doekje Key voedt, kan ernstige interne brandwonden veroorzaken en zelfs de dood tot gevolg hebben als de batterij wordt ingeslikt.
Pagina 80
Overige vervangingen De batterij van de afstandsbediening vervangen LET OP Alleen Europa De batterij wordt geproduceerd door • Er bestaat explosiegevaar als de batterij Maxell, Ltd. onjuist wordt vervangen. Vervang alleen ● 1 Koizumi, Oyamazaki, Oyamazaki-cho, door hetzelfde of een gelijkwaardig type. Otokuni-gun, Kyoto 618-8525 Japan •...
Motor start niet De startmotor werkt maar de De startmotor werkt niet motor start niet Controleer het volgende: Controleer de juiste startvolgorde van de ● Controleer het volgende: motor. BLZ. 36 Controleer de juiste startvolgorde van de ● Zorg ervoor dat de motorstopschakelaar ●...
Waarschuwingslampjes branden of knipperen PGM-FI-storingslampje LET OP Wanneer u rijdt terwijl het storingsindicatielampje (elektronisch geregelde brandt, kunnen het emissieregelsysteem en de brandstofinspuiting) (MIL) motor beschadigd raken. LET OP Redenen voor het gaan branden/ Wanneer de storingsindicator opnieuw knippert knipperen van het storingslampje wanneer de motor opnieuw wordt gestart, rijdt u Gaat branden wanneer er een probleem ●...
Waarschuwingslampjes branden of knipperen ABS-indicator (antiblokkeersysteem) ABS-indicator Als de ABS-indicator blijft branden, werken de remmen als een standaardsysteem maar (antiblokkeersysteem) zonder de antiblokkeerfunctie. Als de indicator op een van de volgende De ABS-indicator kan gaan knipperen wanneer u manieren werkt, is er mogelijk een ernstig het achterwiel draait terwijl het achterwiel van de defect in het ABS.
Andere waarschuwingsaanduidingen Storingsaanduiding brandstofniveaumeter In geval van een defect van het brandstofsysteem zien de indicatoren van de brandstofniveaumeter eruit zoals getoond in de afbeelding. Ga zo snel mogelijk naar uw dealer als dit gebeurt.
Lekke band Het repareren van een lekke band of het WAARSCHUWING demonteren van een wiel vereist speciaal Het rijden op uw voertuig met een gereedschap en technische expertise. Wij tijdelijk gerepareerde band kan riskant raden u aan om deze servicebeurt door uw zijn.
Elektrische problemen De accu loopt leeg Doorgebrande lamp Laad de accu op met een acculader voor Alle lampen van het voertuig zijn LED's. Als motorfietsen. een LED niet gaat branden, neem dan Haal de accu uit het voertuig voor het contact op met uw dealer voor onderhoud.
Elektrische problemen Doorgebrande zekering Doorgebrande zekering Afdekkap zekeringkast Zie “Inspecteren en vervangen van zekeringen" voor het hanteren van de zekeringen. BLZ. 51 Reservezekeringen Zekeringen in zekeringkast Verwijder het zadel. BLZ. 61 Verwijder de afdekkap van de zekeringkast. Hoofdzekering Trek de zekeringen er een voor een uit met behulp van de zekeringtrekker in de gereedschapsset en controleer op doorgebrande zekeringen.
Motor draait sporadisch instabiel Als het filter van de brandstofpomp verstopt is, kan de motor tijdens het rijden sporadisch instabiel draaien. Zelfs als dit symptoom optreedt, kunt u met uw voertuig blijven rijden. Als de motor instabiel draait terwijl er voldoende brandstof beschikbaar is, dient u uw voertuig zo spoedig mogelijk door uw dealer te laten controleren.
Onderhoudsdiagnoserecorders Onderhoudsdiagnoserecorders Uw voertuig is uitgerust met servicegerelateerde apparaten die informatie vastleggen over de prestaties van de aandrijflijn en de rijomstandigheden. De gegevens kunnen worden gebruikt om monteurs te helpen bij het diagnosticeren, repareren en onderhouden van het voertuig. Deze gegevens zijn niet toegankelijk voor anderen, behalve als dit wettelijk verplicht is of met toestemming van de eigenaar van het voertuig.
Sleutels Sleutels Contactsleutel Sleutelplaatje Contactsleutel Dit voertuig heeft twee contactsleutels en een sleutelplaatje met een sleutelnummer en een streepjescode. Bewaar de reservesleutel en het sleutelplaatje op een veilige plaats. Om een reservesleutel te laten maken, neemt u de reservesleutel en het sleutelplaatje mee naar uw dealer of een slotenmaker.
Sleutels Houd de afstandsbediening uit de buurt van Afstandsbediening ● vloeistoffen. Als hij nat wordt, droogt u hem De afstandsbediening bevat elektronische circuits direct met een zachte doek. die worden geactiveerd door het alarmsysteem en Houd de afstandsbediening uit de buurt van ●...
Pagina 94
Sleutels Het alarmsysteem en responssysteem werken De batterij van de afstandsbediening gaat mogelijk niet goed onder de volgende normaliter ongeveer 2 jaar mee. omstandigheden: Dichtbij is een sterke elektrische stroom. Bewaar geen mobiele telefoons of andere ● U hebt een mobiele telefoon, een draagbare radiozendapparatuur in het opbergcompartiment.
Instrumenten, bedieningselementen en andere functies Instrumenten, Ritteller bedieningselementen en De rittellers springen weer op 0,0 wanneer ze andere functies hoger worden dan 9.999,9. Documentzakje Contactschakelaar Het instructieboekje, het registratiebewijs en het Als u de contactschakelaar in de stand (On) laat verzekeringsbewijs kunnen in het plastic staan terwijl de motor is uitgeschakeld, zal de accu documentzakje op het binnenpaneel van de linker...
Instrumenten, bedieningselementen en andere functies Indicator grootlicht De indicator van het grootlicht gaat kort branden omdat de condensator wordt ontladen wanneer de contactschakelaar in de stand (On) wordt gezet direct nadat de motor is uitgeschakeld met het grootlicht. Koplamp De koplamp gaat kort branden omdat de condensator wordt ontladen wanneer de dimlichtschakelaar wordt ingeschakeld direct nadat de motor is uitgeschakeld met het grootlicht.
Onderhoud van uw voertuig Onderhoud van uw voertuig Spoel uw voertuig met veel schoon water af en droog het voertuig vervolgens met een zachte, droge doek. Smeer alle bewegende delen na het drogen Het frequent reinigen en oppoetsen is belangrijk om de van het voertuig.
Pagina 98
Onderhoud van uw voertuig Voorzorgsmaatregelen voor het wassen Richt geen waterstraal op het luchtfilter: ● Water in het luchtfilter kan het starten van Volg deze richtlijnen voor het wassen: de motor verhinderen. Gebruik geen hogedrukreinigers: ● Richt geen waterstraal op de koplamp: ●...
Onderhoud van uw voertuig Aluminium componenten Uitlaatpijp en geluiddemper Aluminium wordt aangetast door corrosie na Gebruik geen in de handel verkrijgbare contact met vuil, modder of wegenzout. Reinig schuurpasta wanneer de uitlaatpijp en aluminium onderdelen regelmatig en volg deze geluiddemper zijn gelakt. Gebruik een neutraal richtlijnen om krassen te voorkomen: reinigingsmiddel om het gelakte oppervlak van de Gebruik geen stijve borstels, staalwol of...
Uw voertuig stallen Uw voertuig stallen Controleer alle onderhoudsonderdelen die door het onderhoudsschema worden voorgeschreven wanneer u uw voertuig uit de stalling haalt. Als u uw voertuig buiten stalt, overweeg dan het gebruik van een volledige voertuighoes. Volg deze richtlijnen als u van plan bent om gedurende een langere periode niet te rijden: Was uw voertuig en zet alle gelakte ●...
Uw voertuig vervoeren Uw voertuig vervoeren Als uw voertuig moet worden vervoerd, dient dit te geschieden op een motorfietsaanhangwagen of een dieplader of aanhangwagen met een laadvloer of hefplatform en motorfietsbevestigingsriemen. Probeer nooit uw voertuig met één of beide wielen op de grond te slepen.
U en het milieu U en het milieu Bied gebruikte vloeistoffen aan voor recycling Het bezit van en rijden op een voertuig kan Deponeer olie en ander giftig afval in aangenaam zijn, maar u moet een bijdrage leveren goedgekeurde containers en breng ze naar een aan de bescherming van het milieu.
Serienummers Serienummers Framenummer De serienummers op het frame en de motor identificeren uw voertuig en zijn vereist om uw voertuig te registreren. Ze kunnen ook vereist zijn bij het bestellen van vervangingsonderdelen. U moet deze nummers noteren en op een veilige plaats bewaren.
Alcoholhoudende brandstoffen Alcoholhoudende Het gebruik van benzine met meer dan 10% ethanol kan: brandstoffen De lak van de brandstoftank beschadigen. ● De rubberen slangen van de brandstofleiding ● Sommige traditionele brandstoffen gemengd met beschadigen. alcohol zijn verkrijgbaar in sommige landen om Roestvorming in de brandstoftank veroorzaken.
Katalysator Katalysator Volg de onderstaande richtlijnen om de katalysator van uw voertuig te beschermen. Gebruik altijd loodvrije benzine. Dit voertuig is uitgerust met een ● Loodhoudende benzine beschadigt de driewegkatalysator. De katalysator bevat katalysator. edelmetalen die werken als katalysator in Houd de motor in goed werkende staat.
Specificaties Voornaamste onderdelen ■ Cilinderinhoud 124 cm Totale lengte 1.710 mm Boring x slag 50,0 x 63,1 mm Totale breedte 755 mm Compressiever- 10 : 1 houding Totale hoogte 1.030 mm Loodvrije benzine Wielbasis 1.145 mm Brandstof Aanbevolen: 91 RON of hoger Minimale 175 mm bodemspeling...
Specificaties Servicegegevens ■ Bougieafstand 0,8 - 0,9 mm Voor 120/80-12 65J Stationair toerental 1.400 ± 100 omw/min Bandenmaat Honda-olie voor 4-taktmotorfietsen API- Achter 130/80-12 69J serviceclassificatie SG of hoger, met Bandensoort Diagonaal, tubeless Aanbevolen uitzondering van olie die wordt aangeduid als Voor Vee Rubber V133 motorolie...
Pagina 108
Specificaties Lampen ■ Koplamp Remlicht/achterlicht Richtingaanwijzer voor Richtingaanwijzer achter Parkeerlicht Kentekenplaatverlichting Zekeringen ■ Hoofdzekering 15 A Andere zekering 15 A, 10 A...
Pagina 109
Online instructieboekje https://www.hondamotopub.com/ 39K0FE11 XXX.XXXX.XX.N 00X39-K0F-E110 GEDRUKT IN XXXXX...