• Een onderwerp met weinig contrast, zoals een blauwe lucht of een witte
muur.
• Twee onderwerpen op verschillende afstanden die elkaar overlappen
binnen het AF-gebied.
• Een onderwerp dat bestaat uit zich herhalende patronen, zoals de gevel
van een kantoorgebouw.
• Een onderwerp dat zeer helder is of schittert, zoals de zon, de carrosserie
van een auto of een wateroppervlak.
• Het omgevingslicht is onvoldoende.
De juiste afstand tot een onderwerp nauwkeurig meten
De
-markering op de bovenkant van de
camera toont de locatie van de beeldsensor*.
Wanneer u de exacte afstand meet tussen de
camera en het onderwerp, raadpleeg dan de
positie van de horizontale lijn.
* De beeldsensor is het onderdeel van de
camera dat fungeert als de film.
Opmerking
• Als het onderwerp dichterbij is dan de minimale opnameafstand van de gebruikte
lens, kan de scherpstelling niet worden bevestigd. Zorg voor voldoende afstand
tussen het onderwerp en de lens op de camera.
De functie Eye-Start AF deactiveren
MENU-knop t
• Wanneer u de camera gebruikt met de FDA-M1AM Zoekerloep (los
verkrijgbaar), de FDA-A1AM Hoekzoeker (los verkrijgbaar) of de FDA-
ME1AM Vergrotende zoeker (los verkrijgbaar), schakel dan zowel [Eye-
Start AF] als [Autom.uitsch.] uit omdat de accessoires de sensoren van
het zoekerkapje bedekken, die zich boven de zoeker bevinden.
70
NL
1 t [Eye-Start AF] t [Uit]