3.
Plaats het papier in de lade. Zorg ervoor dat de
geleiders de stapel papier net raken zonder dat de
stapel gaat opbollen. Raadpleeg
laden 2, 3, 4 en 5 op pagina 29
over de afdrukstand van het papier.
OPMERKING:
Schuif de papiergeleiders naar het
juiste formaat en plaats niet te veel papier in de
lade om storingen te voorkomen. Let erop dat de
bovenkant van de stapel niet boven de indicator
voor de maximale stapelhoogte uitkomt.
4.
Sluit de lade.
5.
Een configuratiebericht over de lade wordt op het
bedieningspaneel van het apparaat weergegeven.
6.
Als het papierformaat en de papiersoort niet juist
wordt weergegeven, selecteert u
ander papierformaat of een andere papiersoort te
kiezen.
Voor papier van afwijkend formaat moet u de X- en
Y-afmetingen opgeven wanneer daarom wordt
gevraagd op het bedieningspaneel.
28
Hoofdstuk 2 Papierladen
Afdrukstand van
voor informatie
Wijzigen
om een
Y
X
NLWW