SATELLIET
– FREQUENTIE
Met de cijfertoetsen kan de te doorzoeken fre-
quentie worden ingevoerd.
– POLARISATIE
Kies hier het polarisatievlak
– SYMBOOL WAARDE
Stel de baudsnelheid in.
– NETWERK ZOEKEN
Activeer/deactiveer het zoeken binnen het
netwerk.
– SATELLIET
Kies de satelliet via welke het zoeken moet
worden gestart.
ANALOOG
– BAND
Kies de gewenste frequentieband S of C.
– TVSYSTEEM
Stel hier het gewenste tv-systeem in (BG, I,
DK). Voor Duitsland is het geluidssysteem BG
ingesteld.
– KANAAL
Kies het zendernummer waarvoor u wilt zoe-
ken.
– FREQUENTIE
Weergave van de frequentie van de actuele
zender. Met de cijfertoetsen kan de frequentie
die doorzocht moet worden, handmatig wor-
den ingevoerd.
DIGITALE ANTENNE
– KANAAL
Kies het zendernummer waarvoor u wilt zoe-
ken.
– FREQUENTIE
Weergave van de frequentie van de actuele
zender. Met de cijfertoetsen kan de frequentie
die doorzocht moet worden, handmatig wor-
den ingevoerd.
– NETWERK ZOEKEN
Activeer/deactiveer het zoeken binnen het
netwerk.
DIGITALE KABEL
– FREQUENTIE
Met de cijfertoetsen kan de te doorzoeken fre-
quentie worden ingevoerd.
– MODULATIE
Stel de modulatie in.
– SYMBOOL WAARDE
Stel de baudsnelheid in.
– NETWERK ZOEKEN
Activeer/deactiveer het zoeken binnen het
netwerk.
28
– NETWERK ZOEKEN
(optional)
Keuze uit digitale kabel- of DVB-T-stationgro-
epen. Hier worden gezocht naar gerelateerde
programma's van het geselecteerde kanaal. De
verzonden informatie hangt af van het gese-
lecteerde kanaal en resulteert in verschillende
resultaten
De bestaande kanalenlijst wordt vervangen wan-
neer de netwerksoektocht is gestart.
ANALOGE FIJNAFSTEMMING
Hier kunt u de analoge kanalen nauwkeurig afstemmen.
SATELLIETINSTELLINGEN
– SATELLIJTLIJST
De lijst met satellieten wordt weergegeven.
Met de toetsen kan er een satelliet uit
de lijst worden geselecteerd. Druk op de toets
O K om de opties TOEVOEGEN, BEWER
KEN en WISSEN te selecteren.
– ANTENNE INSTALLATIE
Hier kunt u de antenne-instellingen wijzigen
en satellieten doorzoeken op nieuwe zenders.
Selecteer een satelliet en druk op de toets
O K . Vervolgens verschijnen voor verdere
bewerking de opties TRANSPONDERLIJST,
SCANNEN NAAR DIENSTEN, BEWAAR EN
SLUIT en LNB CONFIGUREREN. Onder LNB
CONFIGUREREN kunt u de onder ONDERS
TE LNB OSCILLATOREN en BOVENSTE LNB
OSCILLATOREN instellingen vastleggen en
opslaan (OPSLAAN). Met de optie STAN
DAARD kunt u alle waarden resetten naar de
standaardinstellingen.
– SAT OMROEPLIJST
Met deze menu-optie kunt u de bestaande lijst
met satellietzenders exporteren en importe-
ren. Sluit een verwisselbare gegevensdrager
(USB-stick) aan om de lijst met satellietzenders
op te slaan of deze vanaf de gegevensdrager
te updaten.
INSTALLATIEINSTELLINGEN
Hier kunt u extra installatie-instellingen vastleggen.
– STANDBY ZOEKOPDRACHT
Als de functie op AAN staat, wordt er naar
beschikbare zenders gezocht als het tv-toestel
zich in de stand-bymodus bevindt. Als het
toestel nieuwe of nog niet aanwezige zenders
vindt, verschijnt er een menu waarin u de wij-
zigingen kunt opslaan of afwijzen.
– DYNAMISCHE KANAAL UPDATE
Als u de instelling INGESCHAKELD kiest, wordt de
lijst met zenders automatisch geüpdatet.
SIGNAALINFORMATIE
Geeft meer informatie over het ontvangen signaal.